De Russische burger Theatermaakster Alina Skljarskaja werkt aan grensverleggend toneel in achterafzaaltjes, maar ook bij gerenommeerde theaters. Het is belangrijk een breder publiek te bereiken. Ze voelt de toenemende druk van de overheid in de culturele sector, maar heeft nog steeds het gevoel dat ze vrij kan werken. Wabke Waaijer sprak met haar over feminisme, geloof en broodnodig contact met het buitenland.
Theatermaakster Alina Sjkljarskaja (foto's Wabke Waaijer)
door Wabke Waaijer
Niet alle stukken waar Alina (1984) als dramaturg aan meewerkt, komen in de staatstheaters. Zoals bijvoorbeeld het stuk Nevesomost ('Gewichtloosheid') van regisseur Aleksandra Abaksjina waarin transgenders en transseksuelen hun verhaal vertelden. ‘Met dit stuk wilden we afrekenen met de neiging om transseksualiteit te willen verklaren. We willen dat mensen accepteren dat het iedereen kan overkomen. Mensen kunnen er vroeg of laat achter komen dat ze niet in het juiste lichaam zitten en dat moet je respecteren. Het heeft niks te maken met je opvoeding of de kleur van het speelgoed waarmee je op jonge leeftijd hebt gespeeld.’
Alina schrijft teksten voor sociaal en documentair theater. Interviews voor of tijdens de opvoering en historisch archiefmateriaal bepalen het uiteindelijke scenario. Ze werkt mee aan producties voor zogenaamde ‘onafhankelijke podia’ maar ook voor staatstheaters zoals het ‘Nieuwe Podium van het Aleksandrinski’. Dit door de staat ondersteunde theater is gelieerd aan het gelijknamige achttiende-eeuwse klassieke theater in Sint-Petersburg en dient als bühne voor innovatief theater.
Op het vaste repertoire van dit moderne theater staat Tsjoek i Gek, een toneelstuk van regisseur Michail Patlasov dat in 2018 een Gouden Masker won, de belangrijkste theaterprijs in Rusland. Alina werkte mee aan dit stuk dat vernoemd is naar een Sovjet-sprookje van Arkadi Gaidar. In het toneelstuk worden twee parallelle werelden geschapen, gesitueerd in de jaren dertig van de vorige eeuw. Een kinderroman over een groots en gelukkig land wordt geplaatst tegenover verhalen die gebaseerd zijn op herinneringen, familiegeschiedenissen en interviews met mensen die de Goelag-kampen hebben overleefd.
Bereik ook een groot publiek
Alina benadrukt het belang van een groot publiek. ‘Kijk, je zou ook kunnen besluiten om een stuk over de Stalinrepressie in een ‘underground setting’ op te voeren maar dan bereik je slechts een klein publiek. Als je het op het Nieuwe Podium van het Aleksandrinski vertoont, dan weet je dat het weerklank zal hebben in de samenleving. Bovendien is het volgens mij ook een signaal voor theaters in andere steden dat er op zo’n thema geen taboe rust, hoewel het een ingewikkeld en politiek beladen thema is.’
Hoe lastig was het om een podium te vinden voor het stuk over transgenders?
‘In 2017 hebben we dit stuk op een Queer Festival in Sint-Petersburg laten zien. Daar ben je zeker van vriendelijk publiek en bewaking. We moeten er namelijk voor zorgen dat niemand kan worden aangevallen omdat de transgenders zelf op het podium hun verhaal vertellen. We zouden ons stuk op meer plekken willen vertonen maar er zijn geen theaters waar we zekerheid hebben dat de deelnemers niet worden gemolesteerd en dat er geen provocaties plaatsvinden. Maar het stuk is ook opgevoerd in een Petersburgs museum en in een theater in Parijs.’
Wat is het meest vooruitstrevende toneelstuk waaraan je hebt meegewerkt?
‘Momenteel werken we aan een stuk waarin we onderzoeken in hoeverre ook mannen geschikt zijn voor het moederschap. Van de mogelijkheid om via een kunstmatige baarmoeder kinderen te baren en het plaatsen van een embryo in een mannenlichaam tot aan het ‘cyborg’ lichaam (samensmelting van mens en machine, man en vrouw), het komt allemaal aan bod. Maar een zwangere man ziet er in een theatrale context al gauw erg komisch uit en wij willen juist af van dat komische element. Daarom nodigden we mannen uit om mee te denken over dit thema. Onlangs hadden we een repetitie maar de mannen begrepen er in eerste instantie niets van!’
Heeft dit stuk ook een feministische component?
‘Ja, zeker.’
Feministische thema's
In hoeverre is het thema feminisme actueel in Rusland?
‘Ik volg verschillende feministische initiatieven maar ik heb te weinig kennis van de literatuur om er als een professional over praten. Ik denk dat feminisme heel actueel is in Rusland. Als ik een interview heb gegeven, lees ik weleens dat ze mij omschrijven als ‘de charmante dramaturg Alina’. Zo schrijft men niet over mannen terwijl ik het als een compliment moet opvatten. Maar in de context van de recensie over een theaterstuk doet het compliment over mijn uiterlijk er niet zo veel toe. Dat nivelleert mijn professionele kwaliteiten. Hoewel ik er om kan lachen is het toch een beetje vreemd.’
Jij bent ook moeder.
‘Zeven maanden geleden ben ik voor de eerste keer moeder geworden. Maar het is me niet gelukt om lang thuis te blijven. Drie weken na de bevalling begon ik alweer met de organisatie van een tentoonstelling voor mijn vader. Hij is muzikant, maar schildert ook…’
Je komt uit een kunstzinnige familie want jouw vader is Edmund Sjkljarski, bandleider van de Russische rockgroep Picnic.
‘Mijn vader is muzikant maar hij is een gesloten mens. Als je in Rusland over een ‘creatieve familie’ spreekt, denk je aan een gezin waar voortdurend mensen over de vloer komen. Maar behalve familieleden kwam er niemand bij ons. Ik ben geboren in Sint-Petersburg maar de opa van mijn vader komt uit Polen. Daarom zijn wij katholiek. Mijn moeder is Russisch maar ze heeft zich ook laten dopen in de katholieke kerk.’
Speelt het katholieke geloof een rol in jouw leven?
‘Ja, ik ben gelovig. Toen ik in het buitenland woonde miste ik wat in Rusland wordt aangeduid met de term ‘doechovnost’ (spiritualiteit). In Londen en Parijs ben ik daarom in een kerkkoor gaan zingen, in Parijs zong ik zelfs in een Pools katholiek kerkkoor en in Engeland zong ik Latijn. Hier in Rusland heb ik dat niet nodig want hier zorgt mijn familie voor die traditionele comfortzone.’
'Ik dacht dat ik nooit meer terug zou gaan naar Rusland want ik had interessant werk in een galerie.'
Toen jouw vader in de jaren zeventig een rockband oprichtte, moest hij zich eerst in het underground circuit bewegen. Heeft hij jou beïnvloed?
‘De ouders van mijn vader wilden dat hij de in de klassieke muziek verder zou gaan. Maar hij ging zijn eigen weg en werd rockmuzikant. Ik had hetzelfde. Ik moest economie gaan studeren. Ik heb dat vijf jaar gedaan en ben nog net niet gek geworden. Toen ben ik in Parijs en Londen kunstgeschiedenis gaan studeren. Ik dacht dat ik nooit meer terug zou gaan naar Rusland want ik had interessant werk in een galerie. Ik dacht dat ik mezelf in Rusland niet zou kunnen ontwikkelen. Bovendien had ik het daar naar mijn zin met mijn vrienden. Maar toen kwamen op een dag mijn ouders op bezoek. En terwijl ik meende dat ik alles goed voor elkaar had met mijn mooie kamer in het centrum van Parijs en uitzicht op de Champs-Elysees was ik in hun ogen als het ware sociaal gedegradeerd.’
Waarom?
‘De condities hier in Rusland zijn voor mij veel beter dan daar. Vooral wat mijn netwerk betreft. Mijn ouders boden me aan om even vrij te nemen van de universiteit om een half jaar in Rusland te gaan wonen. Dan kon ik daarna altijd nog teruggaan naar Parijs. Terug in Sint-Petersburg ben ik toen in 2014 aangenomen bij de theateracademie van het Nieuwe Podium van het Aleksandrinski theater. Ik rolde ook gelijk in het werk en ging schrijven voor verschillende regisseurs. De theaterwereld is de juiste omgeving voor mij. Ik voel me hier als een vis in het water. In Parijs werkte ik bij een galerie voor moderne kunst maar ik begreep achteraf dat ik daar niet helemaal op mijn plek was, het ontbrak me daar aan zelfrealisatie. Daar bleef ik die medewerker in een galerie.’
Dus je ouders hadden gelijk?
‘Nou, ze geloven ook niet echt in wat ik nu doe. Het lijkt in hun ogen meer op een hobby vanwege het gebrek aan stabiliteit. Mijn vader ondersteunt me wellicht iets meer, maar blijkbaar is het een generatieprobleem. Ouders zijn bang voor de toekomst van hun kinderen.’
Waarin onderscheidt het leven zich in Londen en Parijs van het leven in Sint-Petersburg?
‘Voor mij voelde het leven in het buitenland als een lichamelijke bevrijding. Daar durfde ik de kleding aan te trekken die ik wilde. Hier kan ik bijvoorbeeld niet naar buiten gaan zoals ik de straat op ging in Londen. Dat zou een rare indruk maken, alsof ik de aandacht wil trekken. Niet dat ik me daar heel radicaal kleedde.’
Vrij in Rusland
In hoeverre voel je je vrij in Rusland?
‘Ik heb behoefte aan meer communicatie met de Europese wereld, hoewel ik recentelijk nog naar een festival in Finland ben geweest. Niet dat ik hier het gevoel heb in een bedompte ruimte te leven maar het is voor mij wel noodzakelijk om te reizen en te weten wat er in andere landen gebeurt. In Europa heb ik met veel nationaliteiten samen gestudeerd. Ik vond het toen interessant om op informele wijze andere culturen te ontmoeten, maar nu ben ik vooral geïnteresseerd in professionele samenwerking met andere landen en culturen.’
‘Ik zou het interessant vinden om aan een project te werken met meerdere landen. Rusland heeft toch een beetje een gesloten theater ‘community’. Het zou interessant zijn om de ‘shift’ te maken naar andere mensen en denkwijzen. Nu zijn we toevallig in gesprek met een theater in Nederland over potentiële thema’s. Voor de Russische kant is het weliswaar moeilijk om financiering te krijgen, maar niet onmogelijk.’
In hoeverre lukt het om samen te werken met buitenlandse theaters?
‘We werken al meerdere jaren samen met een Duits theater aan een project over jongeren met een migratieachtergrond. We hebben een stuk gemaakt over migranten die naar Rusland zijn gekomen en in Duitsland deden ze een project over migranten uit Syrië. Ook dit jaar komt het Duitse theater weer naar Sint-Petersburg om samen te repeteren en op te treden. Vorige zomer zijn wij op tournee naar Duitsland geweest. Maar voor dit jaar hebben we de financiering nog niet rond.’
En de migranten spelen zelf mee in het stuk?
‘Aan ons stuk doen onder meer meisjes uit Centraal-Aziatische landen mee. Ze komen vaak uit gesloten gemeenschappen met hun eigen tradities. Sommigen komen naar de repetitie met hun broer omdat ze niet alleen de straat op mogen. En uit Duitsland komen tieners hierheen die vaak een vergelijkbare mentaliteit hebben. We proberen ze bijeen te brengen. Ze wisselen hun levensverhaal uit. Het gaat uiteindelijk om het sociale proces eromheen, niet zo zeer om het theater.’
Wie financiert dit?
‘Dit is een project van het Nieuwe Podium van het Aleksandrinski en het gebeurt in het kader van overheidsbeleid, dus we krijgen subsidie.’
Wat zijn je inkomsten?
‘Ik kom gemiddeld uit op 40.000 roebel (€550) per maand. Volgens mij is dat niet veel. Maar ik ben helemaal niet met geld bezig als ik aan een nieuw project begin. Ik heb soms een paar opdrachten achter elkaar waarmee ik 100.000 roebel (€1400) verdien en daarna kan het voorkomen dat ik me een hele maand vrijwillig aan projecten wijd. Dat project met migranten doe ik bijvoorbeeld helemaal gratis voor het Aleksandrinski theater. Ik heb namelijk geen tijd om me met de aanvraag van beurzen bezig te houden, de regisseur heeft daar ook geen tijd voor, al lukt het soms uiteindelijk toch nog om een beurs te regelen waardoor we wel een vergoeding krijgen. Twee jaar geleden hebben we een project over daklozen opgevoerd. Met de beurs die we uiteindelijk kregen konden we ook de daklozen betalen die meespeelden.’
En kun je van zo’n salaris rondkomen?
‘Ik probeer altijd iets meer dan 40.000 roebel te verdienen door bijvoorbeeld lezingen te geven. En nu ontvang ik gedurende de eerste anderhalf jaar van het moederschap ook nog 13.000 roebel (€180) kinderbijslag. Als ik een vaste baan zou hebben, kreeg ik meer.’
' 'Ik zag hoe mensen in het nieuws door de ene partij positief en door de andere partij super negatief werden neergezet.'
Toneel over de Donbas
Je hebt ook meegeschreven aan het stuk ‘Rodnaja Zemlja’ (Geboortestreek) over de oorlog in Oost-Oekraïne?
‘Ja. Die regisseur kwam ik tegen op een feestje in een studentenhuis en hij had net een beurs gekregen om een toneelstuk over de oorlog in Donbas te maken. Ik heb interviews afgenomen bij gewone mensen die vrijwillig naar Donbas zijn gegaan maar de regisseur heeft ook zelf interviews afgenomen.’
Waarom gingen die mensen naar Donbas?
‘Ik weet het niet. Ik zag dat realiteit en fantasie door elkaar liepen bij die mensen. Nadat ik de interviews had doorgenomen, kwam ik niet tot een eenduidige conclusie. Met de finale versie heb ik niets te maken. Ik denk dat er uiteindelijk andere accenten zijn gelegd. Dat vind ik niet erg. In mijn verzameling interviews waren er geen plussen en minnen, het ging niet om wie goed is en wie fout. Maar het is goed dat het stuk vertoond is. Het gaat ook over de rehabilitatie van mensen die hebben gevochten in Donbas en die in Rusland terugkomen uit de oorlog. Die weten niet wat ze hier moeten met het leven. Zo vertelde een meisje die terug was gekomen uit de oorlog dat ze mannen begon aan te vallen in nachtclubs, dat ze agressief reageerde, ze voelde zich zo stoer.’
Hoe kijk je naar dit conflict?
‘Ik heb er geen mening over. Het ging mij om de verhalen van mensen. Ik kreeg die interviews opgestuurd en na een week wist ik niet zeker of zo’n persoon nog in leven was. Soms zag ik later in het nieuws namen voorbijkomen van mensen die waren omgekomen en die ook in die interviews waren genoemd. Ik zag hoe mensen in het nieuws door de ene partij positief en door de andere partij super negatief werden neergezet. Maar die mensen vertelden mij hele dagelijkse dingen over hoe ze ‘s morgens opstonden, over hun liefdes, hun kind. Daarom wilde ik die mensen niet in een politieke context plaatsen.’
Speelt politiek een rol in je eigen leven?
‘Politiek speelt zeker een rol in mijn leven maar ik kan me er op dit moment niet mee identificeren. Een paar jaar geleden heb ik meegewerkt aan een theaterstuk over de lokale politiek in Sint-Petersburg. Het ging over de mens in het politieke systeem. We hebben interviews afgenomen bij mensen uit verschillende lagen van de maatschappij met onder meer medisch specialisten over de situatie in de sociaal-politieke sfeer. Ook hebben we interviews afgenomen met mensen die meedoen aan protesten maar ook met mensen die daar nooit voor kiezen. Dit stuk is een paar keer opgevoerd op onafhankelijke podia maar op een gegeven moment zijn we ermee gestopt. Het werd gevaarlijk voor alle partijen en we wilden geen conflict veroorzaken.’
Bedoel je dat je niet alles meer kunt opvoeren?
‘Theaters zullen nu eerder terugschrikken voor politieke thema’s, dat kan problemen veroorzaken. Al denk ik dat je dit soort stukken nog steeds kunt opvoeren maar op andere plekken, zolang het maar geen staatstheater is.’
In hoeverre bestaat er vrijheid van kunsten?
‘Ik beweeg me in twee werelden. Ik bevind me enerzijds in de wereld van het klassieke theater waar het stuk door de Presidentiële Adviesraad voor Kunst en Cultuur wordt goedgekeurd en opgevoerd wordt in reguliere theaters. Maar tegelijkertijd werk ik ook in de wereld van de underground waar helemaal niemand mij kan beperken maar waar ik ook niet de ‘rebel’ probeer uit te hangen. Soms zeggen mensen ‘wat een gewaagde teksten schrijf je’ maar ik schrijf ze niet om mensen te choqueren, het zijn gewoon zeer actuele thema’s.’
Voel je je vrij om te schrijven wat je wilt als dramaturg?
‘Wat betreft artistieke vrijheid wel. Omdat ik werk in de theaterwereld voel ik me waarschijnlijk niet beperkt in mijn vrijheid. Maar de theaterwereld is een wereld op zich. Zodra ik me daar een beetje van verwijder, kan ik me ineens niet voorstellen wat ik zou moeten zonder het theater. Theater is voor mij een noodzakelijke component in mijn leven, om adem te kunnen halen, voor een volwaardig bestaan.’
En hoe vrij voel je je in het algemeen?
‘Ik weet het niet. Ik ben in verschillende delen van de wereld op verschillende soorten van vrijheidsbeperking gestuit. In Thailand moet je gaan staan in de bioscoop als het volkslied wordt gespeeld. Als je ziet dat de lokale bevolking staat, dan ga je zelf ook staan. Is dat vrijheid? En mijn religiositeit werd in Parijs en Londen als iets ouderwets beschouwd. Gelovig zijn was in de ogen van sommigen niet te rijmen met iemand die moderne kunst bedrijft.’