Eind mei is Igor Setsjin, president van het Russische staatsoliebedrijf Rosneft, herbenoemd als chef van het bedrijf voor de komende vijf jaar. Setsjin, een vertrouweling van president Poetin, dankt vele bijnamen aan zijn positie in het centrum van de macht: van de ‘tweede man van Rusland’ tot de ‘Russische Darth Vader’. Eén ding is zeker: iedereen die tegen deze machtige oliebaron ingaat, zal daarvoor boeten. Een profiel van een overlever in de slangenkuil van het Kremlin.
door Sander Vellekoop
Dit voorjaar leek het er even op dat de invloed van Igor Setsjin aan het verminderen was. Hij werd gezien als het brein achter de harde prijzenoorlog met Saoedi-Arabië. Op aandringen van Setsjin weigerde Rusland aanvankelijk om mee te doen aan een productiebeperking van de OPEC+. Als gevolg daarvan kelderde de olieprijs begin maart - met catastrofale consequenties voor de Russische economie. Een paar weken later moest ‘zijn’ staatsenergiebedrijf Rosneft onder druk van Amerikaanse sancties ook nog eens voor miljarden euro’s aan activa verkopen in Venezuela.
Econoom Konstantin Sonin stelde daarop in een column voor zakenkrant Vedomosti dat het tijdperk-Setsjin later bij Rosneft herinnerd zou worden met twee woorden: ‘maart 2020’. De zakenkrant moest de column onder druk van Rosneft van haar website halen. Dat Setsjin en Rosneft toen al bezig waren met een machtsgreep bij Vedomosti om de onafhankelijke redactie te disciplineren op een Kremlin-koers was toen nog niet in volle omvang bekend.
Igor Setsjin besprak op 12 mei staatssteun voor oliebedrijf Rosneft met president Poetin (foto: Kremlin.ru)
Nog geen twee maanden later was dit beeld van vergane glorie alweer van de baan. Medio mei was het Setsjin die, nota bene als eerste sinds de corona-uitbraak, in persoon door Poetin werd ontvangen. De president luisterde aandachtig naar zijn verzoeken om staatssteun voor verschillende projecten, ook buiten de oliemarkt.
Niet veel later sleepte Rosneft de onafhankelijke zakenkrant RBK voor de rechter vanwege een artikel over de verkoop van de Venezolaanse activa van het bedrijf. De schadeclaim: meer dan 500 miljoen euro, de grootste ooit gericht aan een Russisch mediabedrijf.
Met andere woorden: Igor Setsjin is springlevend en beheerst de Russische economie en politiek nog steeds als vanouds.
Loyale volgeling
Igor Ivanovitsj Setsjin werd geboren in 1960 in Leningrad, als kind van arme fabrieksarbeiders. Omdat hij een goede leerling was, wist hij ondanks zijn nederige sociale afkomst een studieplaats te bemachtigen op de universiteit van Leningrad. Hij ging er Spaans en Portugees studeren. Klasgenoten uit zijn studietijd omschreven hem later als een niet bijzonder intelligente, maar wel zeer ijverige student.
Na de universiteit ging Setsjin werken als tolk. Hij begon zijn carrière in de jaren ’80 in Angola en Mozambique. In beide Portugese ex-kolonieën waren destijds burgeroorlogen gaande tussen pro-Westerse en pro-Sovjet groeperingen. Officieel werkte Setsjin er als militaire vertaler, maar waarschijnlijker is dat hij in dienst was van de KGB.
Volgens een van zijn weinige studievrienden, Nikolaj Konjoesjkov, hield Setsjin veel van het leger. Hij droomde er als student al van om de Sovjet-Unie te kunnen dienen in ‘de hotspots, waar oorlog was’. Ook volgens andere bekenden hebben militaire waarden als loyaliteit en discipline bij Setsjin altijd hoog in het vaandel gestaan.
Kennismaking met Poetin
Igor Setsjin en Vladimir Poetin ging in 1991 samenwerken. Poetin maakte toen carrière in het gemeentebestuur van Leningrad, de stad die in 1991 werd herdoopt tot Sint-Petersburg. Nadat Poetin daar was benoemd als locoburgemeester voor buitenlandse handelsbetrekkingen werd Setsjin zijn persoonlijke secretaris. In die rol hield hij alle contactgegevens van bezoekers aan het stadsbestuur nauwkeurig bij. De loyaliteit van Setsjin aan Poetin laat zich illustreren met een video-opname van een bezoek van Poetin aan Moskou in 1996: Setsjin volgde Poetin daar als een schaduw, in beide handen de bagage van de toekomstige president met zich mee dragend.
Setsjin in zuidelijk Afrika. Foto Gazeta.ru
Vermoedelijk waren het deze discipline en loyaliteit die Poetin ertoe brachten om Setsjin aan zijn zijde te houden, ook nadat president Jeltsin in 1999 Poetin had aangesteld als premier en later dat jaar had voorgedragen als zijn opvolger in het Kremlin. Setsjin werd in Poetin’s eerste termijn tussen 2000 en 2004 het plaatsvervangend hoofd van de presidentiële administratie.
Grijze Eminentie
In deze functie begon Setsjin zijn invloed te vergroten. Hij was verantwoordelijk voor Poetin’s agenda en voor de documenten die op diens bureau terecht kwamen. Zoals een toenmalige hooggeplaatste ambtenaar het samenvat: ‘Om Poetin te zien moest je langs Setsjin.’
De grote invloed die Setsjin als hoofd van de presidentiële administratie op president Poetin had, leverde hem de bijnaam ‘de Grijze Eminentie’ op.
Aan de top van de macht in het Kremlin vergrootte hij zijn invloed ook op andere manieren. Zo sloot hij allianties met de siloviki, zoals de vertegenwoordigers van krijgsmacht, veiligheidsdiensten, politie en justitie en andere machtsorganen heten. Die bondgenootschappen waren niet alleen beleidsmatig. Zo trouwde Setsjins dochter Inga met Dmitri Oestinov, de zoon van procureur-generaal Vladimir Oestinov. Vladimir Oestinov schopte het in 2006 onverwachts tot minister van Justitie, wat zijn (en ook Setsjins) invloed onder de siloviki vergrootte.
Setsjin verzamelde in zijn eerste jaren in het Kremlin meer siloviki zoals Oestinov om zich heen, waardoor hij ook langzaamaan uit de schaduw van Poetin kon stappen.
Volgens journalist Michaïl Zygar, die in zijn boek All the Kremlin’s Men de verschillende vertrouwelingen van Poetin in kaart bracht, ontpopte Setsjin zich vervolgens ook tot de ‘spirituele leider’ van de siloviki. Deze zagen ‘de bedrijven die in de "wilde jaren ‘90" geprivatiseerd waren […] als rechtmatig staatsbezit.’ Anders gezegd: Setsjin en de zijnen zagen de privatisering van staatsbedrijven na de val van de Sovjet-Unie als een grote fout, die rechtgezet moest worden.
Dmitri Medvedev
Deze ideeën plaatsten Setsjin lijnrecht tegenover Dmitri Medvedev, die behoorde tot het (relatief) meer pro-kapitalistische en pro-Westerse kamp binnen Poetins kring. De beide mannen hebben nooit veel moeite gedaan om hun wederzijdse minachting te verhullen. Toen Medvedev tussen 2008 en 2012 tijdelijk het stokje van Poetin overnam als president, werd Setsjin dan ook ‘gedegradeerd’ tot vicepremier onder premier Poetin en minister voor onder andere energiebeleid.
Al opereerde Setsjin toen wat meer op de achtergrond, ook in deze bescheiden functie ontwikkelde Setsjin zich tot het nationalistische en anti-Westerse tegengeluid dat president Medvedev niet altijd goed uitkwam. Waar Medvedev goede banden met de VS en de Europese Unie probeerde te herstellen, haalde Setsjin als minister de banden aan met anti-Amerikaanse leiders in Latijns-Amerika, onder wie de Venezolaanse president Hugo Chávez. Ondanks de duidelijke meningsverschillen met toenmalig president Medvedev werd Setsjin vanaf deze periode steeds meer gezien als de echte ‘tweede man’ in Rusland – achter premier Poetin, maar vóór president Medvedev.
Setsjin bleef die centrale rol spelen in het conservatieve en anti-Westerse kamp van de siloviki binnen het Kremlin. Aan het einde van Setsjins termijn als vicepremier was Poetin lovend over zijn 'professionalisme en begrip, zijn vermogen om door te pakken in zijn taken. Als hij iets oppakt, kun je er zeker van zijn dat de klus wordt geklaard.' Setsjin heeft door de jaren heen duidelijk veel vertrouwen opgebouwd bij de president.
'De siloviki zagen de bedrijven die in de wilde jaren '90 geprivatiseerd waren als rechtmatig staatsbezit'
'Staatsoligarch'
Naast zijn politieke rol binnen de presidentiële administratie en het kamp van de siloviki in het Kremlin had Setsjin begin deze eeuw ook nog een andere rol gekregen. Dankzij zijn loyaliteit aan Poetin werd Setsjin in 2004 benoemd tot voorzitter van de Raad van Bestuur van staatsoliebedrijf Rosneft. In het Russische bedrijfsleven, dat meestal is opgezet als een one-tier-systeem, worden dit soort functies vaak vervuld door politici uit de regering of het presidentiële apparaat. Toen Poetin in 2012 opnieuw tot president werd verkozen verliet Setsjin het Kremlin en ging hij Rosneft op dagelijkse voet leiden: hij werd ceo van het bedrijf.
Setsjin werd zo een van de machtigste 'staatsoligarchen'. Deze vertrouwelingen van Poetin, onder wie ook Gazprom-ceo Alexei Miller en topman German Gref van de grootste Russische bank Sberbank, hadden de belangrijkste grote staatseigendommen in handen gekregen met een doel. Ze moesten de invloed van private oligarchen, zakenlieden die in de jaren '90 onder president Jeltsin steeds machtiger geworden waren, verkleinen en zo de macht weer centraliseren in handen van de president.
Setsjin werd dus naast een politicus ook een belangrijk zakenman. Zodoende kwam hij ook in de bijzondere positie dat hij het staatsoliebedrijf Rosneft kon gaan gebruiken om zijn eigen politieke macht te vergroten, en andersom.
Meedogenloze oliebaron
Het meest spraakmakende voorbeeld van een afrekening door Setsjin is de zogenoemde Yukos-affaire.
Rond de eeuwwisseling was Yukos het grootste oliebedrijf van Rusland geworden, verantwoordelijk voor ruim twintig procent van de Russische olieproductie. In de herfst van 2003 werd Michaïl Chodorkovski, de eigenaar van het bedrijf, gearresteerd op verdenking van onder meer belastingontduiking en fraude. Chodorkovski werd veroordeeld tot ruim 10 jaar strafkamp. Intussen werd zijn miljardenbedrijf vanaf 2004 stukje bij beetje genationaliseerd, om vervolgens grotendeels overhandigd te worden aan Rosneft.
Setsjin zou het brein achter de Yukos-affaire geweest zijn. Zo zou hij in 2003 een rapport aan Poetin gepresenteerd hebben waaruit naar voren kwam dat een groep oligarchen onder leiding van Chodorkovski een staatsgreep zou beramen. Ingewijden vertelden zakenkrant Vedomosti in 2012 dat dit document voor Poetin een belangrijke reden is geweest om groen licht te geven voor de nationalisering van Yukos.
Er zijn meerdere motieven waarom Setsjin de Yukos-zaak georkestreerd zou kunnen hebben. Aan de ene kant leek hij ook zelf te geloven dat in de jaren '90 geprivatiseerde bedrijfstakken, zoals de oliewinning, weer onder staatscontrole gebracht moesten worden. Aan de andere kant kon 'zijn' Rosneft de boedel van Yukos overnemen, mocht hij er in slagen Chodorkovski uit het bedrijf en naar de gevangenis te manoeuvreren.
Setsjin en president Poetin ontmoeten vertegenwoordigers van TNK-BP om de overname te bespreken in 2012 (foto Kremlin.ru)
Het bleef niet bij Chodorkovski. Sinds de Yukos-affaire werd het rijtje tegenstanders die door Setsjin ten val werden gebracht alleen maar langer. De meest prominente was toenmalig minister Aleksej Oeljoekajev. Deze minister van Economische Zaken - een loyalist, maar wel een voorstander van meer vrije markt - werd in 2016 plotseling gearresteerd op het kantoor van Rosneft, op verdenking van het aannemen van twee miljoen dollar aan steekpenningen uit handen van Setsjin zelf, die hem in de val zou hebben gelokt. Hij werd nadien veroordeeld tot acht jaar gevangenisstraf. Oeljoekajev zag de valstrik als een afrekening door Setsjin, omdat hij als minister een tegenstander was geweest van betrokkenheid van staatsbedrijf Rosneft bij de privatisering van oliebedrijf Basjneft. Rosneft wist uiteindelijk 50 procent van de aandelen van Basjneft te bemachtigen. De politicus Oeljoekajev legde het dus af tegen de zakenman Setsjin, zowel een invloedrijk politicus als de leider van een groot staatsbedrijf.
Ook onafhankelijke media moesten het regelmatig ontgelden als ze kritisch berichtten over Rosneft. Voordat Setjsin recentelijk een recordclaim indiende tegen zakenkrant RBK wegens een kritisch artikel over het handelen van Rosneft in Venezuela, werden eerder al Vedomosti en Novaja Gazeta door Setsjin voor de rechter gedaagd. In alle gevallen werden Rosneft en Setsjin (deels) in het gelijk gesteld.
Topman met expansiedrift
Zoals al duidelijk werd tijdens de Yukos-affaire hecht Setsjin er veel waarde aan om met zijn bedrijf Rosneft een zo groot mogelijk marktaandeel te vergaren. Wat dit betreft heeft zijn agressieve houding naar concurrenten goed gewerkt. In 2004 was Rosneft een kleine speler op de Russische oliemarkt, die slechts 140 miljoen vaten per jaar oppompte. Tegenwoordig produceert Rosneft het tienvoudige, en is het na het Saoedische staatsoliebedrijf Saudi Aramco de grootste olieproducent ter wereld.
Deze spectaculaire groei van Rosneft in de laatste decennia komt vooral door Setsjins bedrijfsvoering. Onder zijn leiding gaf Rosneft miljarden uit aan het opkopen van concurrenten op de oliemarkt. Zo kocht Rosneft in 2012 het Brits-Russische concern TNK-BP op, na Lukoil en Rosneft zelf toen het grootste oliebedrijf van Rusland, voor een bedrag van 55 miljard dollar.
Niet lang na deze aankoop kelderde de olieprijs, door een dalende vraag en een groeiend aanbod, omdat door nieuwe technologie steeds meer schalieolievelden in de VS werden ontgonnen waar de olie eerder onbereikbaar was. Rosneft leed door deze ontwikkelingen een miljardenverlies.
Inmiddels is Rosneft naar schatting zo’n 48 miljard dollar waard, minder dan de prijs die het betaalde voor TNK-BP in 2012.
De Russische overheid draaide op voor deze flater: Rosneft werd in 2014 gered door een schimmige deal, waarin Rosneft 625 miljard roebel (zo'n 12,5 miljard euro) aan aandelen inruilde voor dollars die het bedrijf nodig had om zijn internationale schuldeisers terug te betalen. Deze deal was voor internationale valutahandelaren zo verontrustend dat de roebel in dat jaar meer dan de helft van z'n waarde verloor ten opzichte van de dollar.
In 2004 was Rosneft een kleine speler op de Russische markt. Nu is het op één na grootste olieproducent ter wereld
Dat Setsjin begin dit jaar vol inzette op een olieprijsoorlog met OPEC+ staat dus in een reeks van risicovolle bedrijfsoperaties. Ook in deze prijzenslag ging het Setsjin er om het marktaandeel van Rosneft te vergroten. De voornaamste reden dat Rusland volgens Setsjin uit het kartel van olieproducenten moest stappen, was zijn wens om Amerikaanse olieproducenten de markt uit te werken. De VS zijn sinds enkele jaren de grootste olieproducent ter wereld, hoewel de winning van olie daar duurder is dan in Rusland omdat schalieolie - het type olie dat in de VS wordt gewonnen - dieper in de grond moet worden opgepompt dan de 'normale' olie in Rusland.
Het besluit van de Russische regering om niet mee te doen aan de vrijwillige productiebeperking van de OPEC+ was naast de coronacrisis de oorzaak van een diepe val van de olieprijs: een vat Brent-olie - de internationale standaard voor de olieprijs - kelderde van ongeveer 50 dollar in februari tot minder dan 30 dollar in maart. Dit heeft ook grote gevolgen voor de Russische begroting, die een prijs van 42 dollar per vat nodig heeft om in balans te blijven. Inmiddels is de regering op haar schreden teruggekeerd en heeft ze zich wel geconformeerd aan de productiebeperkingen van OPEC+. De olieprijs is sindsdien weer opgevoerd naar een acceptabel niveau.
'Too big to fail'
Setsjin heeft in zijn tijd in en om het centrum van de macht dus veel gedaan gekregen. Hoewel hij zijn positie dicht bij de macht te danken heeft aan zijn loyaliteit jegens Poetin, heeft Setsjin door de jaren heen ook steeds meer macht voor zichzelf vergaard. Het Amerikaanse onderzoekscentrum voor geopolitiek Stratfor concludeerde in 2016 al dat Poetin Setsjin nodig heeft. Als leider van het grootste oliebedrijf van het land en als een van de invloedrijkste figuren binnen de siloviki-groep in het Kremlin is Setsjin voor Poetin 'too big to fail' geworden, aldus Stratfor. Om geen controle te verliezen over de Russische oliemarkt en de clan van ex-KGB'ers in het Kremlin, kan Poetin Setsjin dus beter te vriend houden.
Een manier om dat te bewerkstelligen is door ervoor te zorgen dat het aan Setsjin persoonlijk niets ontbreekt. In 2016 schatte de Russische editie van zakensite Forbes hem dan ook in als de op een na best betaalde topman van Rusland. Zijn officiële salaris bedroeg in dat jaar ongeveer 11,5 miljoen euro. Volgens president Poetin heeft Setsjin dit hoge salaris echter dubbel en dwars verdiend: hij omschreef Setsjin desgevraagd als 'een effectieve manager, die goed en efficiënt te werk gaat'.
Verder is Setsjins risicovolle bedrijfsvoering bij Rosneft alleen maar mogelijk door grootschalige ondersteuning van de regering die, zelfs als de beslissingen die Rosneft neemt catastrofaal zijn voor de Russische economie, de portemonnee trekt om het bedrijf te subsidiëren.
Igor Setsjin, die zijn invloed heeft vergaard door zijn loyaliteit aan Vladimir Poetin, heeft zichzelf als oliebaron en leider onder de ex-KGB'ers in het Kremlin een belangrijke plaats gegeven in de Russische politiek en economie. Omdat hij recent is herbenoemd als Rosneft-topman, lijkt hij die plek ook de komende jaren niet zomaar te kunnen verliezen.
Bronnen: Forbes, Vedomosti, RBK, Bloomberg, The Economist