In 1992 vestigde Robert Serry zich als eerste Nederlandse ambassadeur in Oekraïne. Deze zomer is hij voor een paar weken terug in het land in oorlog. Een wapenstilstand zou lucht geven, maar dat is alleen denkbaar als Cherson is heroverd op de Russische bezetter. Deel drie van zijn dagboek uit Kyiv.
Vorstin Olga op het Michailovplein in Kyiv ingepakt tegen bommen en granaten. Foto Robert Serry
door Robert Serry
Het is zaterdag 23 juli. Ik ben nu ruim drie weken in Kyiv. De oorlog speelt zich nu af op grote afstand van de stad en toch word je er telkens weer aan herinnerd. Zo zaten we te dineren op het terras van restaurant Kufshin (Georgische keuken), toen het luchtalarm afging. We werden door het personeel beleefd erop geattendeerd dat er een schuilkelder aanwezig was. Samen met onze gasten twijfelden we en keken om ons heen. Niemand in het drukbezette restaurant stond op. We besloten ook maar te blijven zitten. Een uur later ging het alarm opnieuw af. We bleven gewoon weer zitten, maar even later passeerde een lange stoet van ziekenwagens de brede straat waaraan dit restaurant is gelegen. We hadden geen explosies gehoord, maar was Kyiv mogelijk toch geraakt? Op onze mobiele telefoons probeerden we te achterhalen wat er was gebeurd. De stad Dnipro 650 kilometer verderop aan de rivier bleek weer geraakt. Als ergens Russische raketten worden gelanceerd boven de Zwarte of Kaspische zee, in Rusland zelf of Wit-Rusland, gaat meestal overal tegelijk in Oekraïne het luchtalarm af, omdat men nog niet weet waar de raketten zullen inslaan. De tijd tussen lancering en inslag bedraagt vaak slechts enkele minuten.
Witte rook uit Turkse bazaar
We dineerden bij Kufshin met de Nederlander Dirck Smits van Oyen en zijn echtgenote Victoria, die afkomstig is uit het nu bezette Cherson in het zuiden. Haar vijfentwintigjarige neef is gerekruteerd en na een korte opleiding naar het zuidelijke front gestuurd. Ze maakt zich grote zorgen om hem. Het Oekraïense leger beschikt nog steeds over te weinig middelen om alle soldaten goed uit te rusten. Daarom hebben Victoria en Dirck kogelvrije vesten, nachtkijkers, eerste hulp medische pakketten en zelfs een drone naar het peloton gestuurd waarover haar neef het commando voert.
Dirck runt al vele jaren een grote boerderij nabij Chmelnytsky in het westen. Hij volgt de onderhandelingen over een veilige zee-corridor, die openstelling van Odessa voor de uitvoer van granen uit Oekraïne weer mogelijk moet maken op de voet. Vlak nadat de oorlog was begonnen is hij er nog in geslaagd zijn in Odessa in een lange rij treinwagons klaarstaande graanvoorraad te exporteren op een van de laatste schepen die de haven veilig heeft weten te verlaten. Hij heeft dus geluk gehad, maar maakt zich weinig illusies als de haven van Odessa geblokkeerd blijft.
Deze week kwam er dan toch witte rook uit de bazaar van Istanbul. Er is een akkoord tussen Oekraïne en Rusland getekend dat het weer mogelijk zou moeten maken dat schepen (die in Turkije door VN en Turkse functionarissen geïnspecteerd zullen worden) weer Oekraïens graan uit Odessa (en twee naburige havens) kunnen gaan exporteren. Dat is goed nieuws voor landen in Afrika en elders waar hongersnood dreigt. Maar wordt het akkoord ook werkelijk uitgevoerd of is dit het zoveelste diplomatieke rookscherm dat Rusland opwerpt om zijn werkelijke bedoelingen te maskeren? Terwijl ik dit schrijf bereikt mij het nieuws dat de haven van Odessa vanochtend is bestookt met Russische raketten en dat er brand is uitgebroken terwijl daar al voorbereidingen werden getroffen om schepen met graan te laden.
Welke politieke prijs is er in Istanbul betaald om een illegale zeeblokkade te omzeilen? Het viel mij op dat Litouwen de treintransporten naar de Russische enclave Kaliningrad weer toestaat. Er zou in Istanbul ook een parallelle discussie over sanctieverlichting plaatsvinden.
In plaats van de agressor te belonen, wordt het geen tijd om Poetins bluf te beantwoorden?
Intussen zijn de krachtsverhoudingen op de Zwarte Zee met de Oekraïense herovering van het strategische Slangeneiland en de trefzekerheid van de eigen Neptune- en andere door het Westen geleverde raketten gewijzigd. De Russische vloot durft de haven van Sebastopol nauwelijks meer uit te varen.
Dit overdenkend bekroop mij het gevoel dat de wereld verzeild is geraakt in een onheilspellende James Bond-film. De agressor hoeft immers alleen maar op de rode knop te drukken om een nucleair armageddon over ons af te roepen. Volgens de Russische schaker en dissident Garry Kasparov zou de NAVO maar één dag nodig hebben om het Russische leger op het slagveld te verslaan. Maar voor nu houdt Poetin in Moskou de touwtjes strak in handen en deinst niet terug voor nucleaire chantage. Dmitry Medvedev heeft al gezinspeeld op het einde der tijden als Oekraïne het in zijn hoofd haalt de Krim aan te vallen.
Anders dan op het celluloid waar Bond het kwaad altijd wist te verslaan, weten we nog niet hoe deze griezelige film afloopt.
Vorstin Olga ingepakt
Dat het oorlogsgevaar in Kyiv nog lang niet geweken is, merk je ook aan de standbeelden die vrijwel overal zijn ingepakt in Pyramide-achtige bouwsels van op elkaar gestapelde witte zandzakken. Een daarvan is de vorstin Olga op het grote rechthoekige Michailov-plein boven op een heuvel die aan een kant steil afloopt naar Podil, de benedenstad. Vlak bij dit plein ligt het ministerie van Buitenlandse Zaken, een lelijk maar imponerend – en dus klassiek Stalinistisch – bouwwerk waar vroeger de communistische partij gevestigd was.
Ik maakte dertig jaar geleden als ambassadeur mee hoe op een dag de heilige vorstin Olga opeens uit het asfalt herrees. Zij was een van de slachtoffers geweest van de communistische beeldenstorm die over deze stad geraasd heeft. Vele kerken waren daarbij met de grond gelijkgemaakt, zoals het nabijgelegen Sint-Michielsklooster dat later is herbouwd en in 2014 diende als schuilplaats en veldhospitaal voor gewonde demonstranten op het Maidan-plein.
Wie was deze Olga die weer in sereen wit marmer op dit plein staat, zij het voorlopig flink ingepakt? Zij wordt in De Kroniek van Voorbije Jaren, een Slavisch manuscript uit de twaalfde eeuw, beschreven als een mooie, krachtige en wijze vrouw, die als regent voor haar minderjarige zoon Sviatoslav over het Kyivse Roes geregeerd heeft.
De naam Olga is verwant aan het Scandinavische Helga en verraadt de sterke inbreng van de Varjagen of Noormannen in het handelsrijk dat in de Middeleeuwen de belangrijke rivieren-route tussen noordwest Europa en Constantinopel beheerste. Onder het bewind van haar beroemde kleinzoon Vladimir de Grote, die even verder op de heuvel vanaf zijn sokkel over de Dnipro tuurt (maar nu ook is ingepakt), beleefde het Kyivse Roes z’n grootste bloeiperiode en stak toen zelfs Constantinopel naar de kroon. Toen bestond Sint-Petersburg nog niet en Moskou was een gehucht.
Dit eerste Slavische rijk met Scandinavische inbreng is uiteindelijk ten onder gegaan aan interne verdeeldheid en de druk van nomadenvolken uit het Oosten. In 1240 werd Kiev veroverd en verwoest door de Mongolen onder Dzjengis Khan.
Michailov-klooster. Foto Robert Serry.
Oekraïners dragen tot op de dag van vandaag het historische noodlot met zich mee dat zij leven in een belangrijk, geografisch niet afgebakend, gebied tussen Europa en Azië. Oekraïne betekent letterlijk ‘de rand’.
De bekende anekdote waarin bezoekers in west-Oekraïne een oude boer vragen of hij in het buitenland is geweest, spreekt voor zich. Na enig nadenken antwoordt hij: Oostenrijk-Hongarije, Polen, de Sovjet-Unie en Oekraïne. Op de vraag hoe hij die landen bezocht heeft antwoordt hij verbaasd: ‘Ik hoefde nergens naartoe. Die landen hebben mij zelf opgezocht.’ Deze boer had dus voor 1918 geleefd in de Oostenrijks-Hongaarse dubbelmonarchie, tussen de twee wereldoorlogen was hij Pool geworden, het Molotov-Von Ribbentroppact maakte hem kameraad in de Sovjet-Unie, en sinds 1991 woont hij dan eindelijk in zijn eigen Oekraïne.
Verraad!
Het grote binnenlandse nieuws van de afgelopen weken was het besluit van president Zelensky de Oekraïense hoofdaanklager en de directeur van de nationale veiligheidsdienst SBU eerst te schorsen en vervolgens te ontslaan vanwege twijfels over de loyaliteit van hun werknemers. De president sprak over verdenkingen van verraad en samenwerking met Rusland van maar liefst 651 medewerkers van de SBU. De directeur, Ivan Bakanov, is een jeugdvriend van Zelenski uit zijn entertainmentjaren, die zonder enige ervaring werd aangesteld om een van de grootste spionagediensten in Europa te leiden.
Dat er nog zoveel rotte appels blijken te zitten in een spionageapparaat dat is voortgekomen uit de KGB verbaast me niet. Wat vooral pijnlijk is, is dat SBU-medewerkers kennelijk verzuimd hebben een strategische brug op te blazen in Cherson en mogelijk ook op andere wijze gecollaboreerd hebben met de Russische aanvallers, die deze stad opvallend gemakkelijk hebben veroverd. De meest verantwoordelijke SBU-generaal is hiervoor opgepakt.
Zonder herovering van Cherson en andere steden in het zuiden, zoals Melitopol en Berdjansk aan de Zee van Azov, komt elke onderhandeling over een beëindiging van de oorlog feitelijk neer op een Oekraïense capitulatie. Ik heb me altijd afgevraagd waarom er zo weinig tegenstand is geboden bij de Russische opmars langs de smalle isthmus die de Krim met het vasteland verbindt. Nu wordt steeds duidelijker dat verraad een rol heeft gespeeld. Het lot van Marioepol hangt hier ook mee samen. Hoeveel bloed gaat er nog vloeien voordat het zuiden is heroverd?
Dit is het derde dagboek dat Robert Serry voor Vrij Nederland en RaamopRusland schrijft. Het dagboek is ook hier bij Vrij Nederland te lezen.
Het tweede deel van het dagboek van Robert Serry is hier te lezen.