Recent verscheen Waar alle wegen ophouden van schrijfster Sana Valiulina. In dit boek probeert de auteur het leven van haar vader, die tijdens de Tweede Wereldoorlog als Sovjet-Tataarse soldaat aan drie verschillende fronten diende en daarna nog een decennium in een Goelag-kamp gevangen zat, te ontrafelen. Bij de boekpresentatie in oktober sprak Hubert Smeets onderstaande tekst uit.
Beeld uit de film Turn Your Body to the Sun van Aliona van der Horst, met een portretfoto van Sandar Valiulina.
Er is één plek in Nederland waar veel oudere Sovjetburgers, die de Tweede Wereldoorlog nog hebben meegemaakt, zich thuis voelen. Dat is het Waterlooplein in Amsterdam, de rommelmarkt waar mensen niet praten maar tellen en al tellend toch met elkaar praten.
Mijn schoonmoeder Tatjana, die zich de oorlog vooral herinnerde als een tijd van zes dagen per week werken in de fabriek en zo nu een dan een dansavond, was een van die Waterloopleingangers. Sandar Valiulin, de vader van Sana Valiulina, de auteur van Waar alle wegen ophouden, die zijn hele leven is achtervolgd door de totalitaire spoken uit diezelfde oorlog, was een andere.
Er is één vraag die veel naoorlogse kinderen van ouders, die de Tweede Wereldoorlog nog bewust hebben meegemaakt, sinds 1945 vaak heeft beziggehouden. Dat is vraag of hun ouders goed of fout waren in die oorlog, of ze aan de kant van de vrijheid stonden dan wel aan de zijde van de agressor en bezetter.
Alertheid en een goed geheugen zijn in Rusland onontbeerlijker dan in Nederland
In Nederland kunnen die kinderen in het Nationaal Archief in Den Haag terecht om antwoorden op die vragen te vinden. In Rusland kunnen ze dat niet. Daar zijn de archieven zo goed als gesloten. En als je er al mag zoeken naar historisch archiefmateriaal over verwanten dan mag je in de leeszaal zelfs geen aantekeningen met pen en papier maken, laat staan een iPad meenemen zoals in Den Haag wel mag.
Alertheid en een goed geheugen zijn daarom in Rusland onontbeerlijker dan in Nederland.
Waarom leef je nog?
In Waar alle wegen ophouden zoekt de Nederlandse schrijfster Sana Valiulina (1964) met die onontbeerlijke kwaliteiten naar haar vader Sandar Valiulin (1922), die in de Tweede Wereldoorlog nagenoeg alle kanten van het front in Europa had gezien en aan den lijve ervaren, maar die daar thuis niet anders over sprak dan door zijn vrouw en dochters zijn rug te tonen als hij aan het lezen was of schreef in een ongelooflijk accuraat dagboek dat Sana Valiulina in haar boek nu heeft geopenbaard.
Vader vocht in de Tweede Wereldoorlog. Eerst als soldaat van het Sovjetleger tégen de Duitsers, toen als een van de 230.000 krijgsgevangenen in een Tataarse Legioen mét de Duitsers en daarna als soldaat in de Amerikaanse krijgsmacht weer tégen de Duitsers.
Terug in de Sovjet-Unie, feitelijk uitgeleverd door de Britse regering die het Stalinregime te vriend wilde houden, werd hij niet welkom geheten als oorlogsveteraan maar veroordeeld als landverrader. Sovjetsoldaten mochten zich conform Bevel 270 niet aan de vijand overgeven, maar moesten zichzelf met een laatste kogel uit hun magazijn neerknallen. Wie in krijgsgevangenschap was beland, kreeg na de oorlog dus de vraag: ‘Waarom leef je nog?’ Omdat Sandar Valiulin geen zelfmoord had gepleegd voordat hij in Duitse handen viel, moest ook hij zich voor de rechter verantwoorden.
Voor vader Valiulin duurde de oorlog geen vier maar veertien jaar
Vervolgens zat hij tot 1955 gevangen in vier verschillende strafkampen van de Goelag. Stalin deed alsof hij zijn strijdmakkers uit de Grote Vaderlandse Oorlog respecteerde, maar hij was als de dood voor hen. Daarom moest hij zich ‘bevrijden van getuigen en concurrenten’, zoals Sana schrijft in Waar alle wegen ophouden.
Voor vader Valiulin duurde de oorlog dus geen vier maar veertien jaar. Waarna hij de rest van zijn leven werd achtervolgd: direct door de gesel van het zwart-witschema in de post-stalinistische historiografie en indirect door haat jegens zijn beul Stalin. Voor hem was de Overwinningsdag op 9 mei, pas sinds 1965 een nationale vrije dag, geen feest maar een bezoeking.
Sana Valiulina. Foto: Beeld uit de film Turn Your Body to the Sun van Aliona van der Horst.
Genesis van haat en angst
‘Kan haat, net als angst, genetisch worden doorgegeven?’, vraagt dochter Sana zich af in haar boek. Ja, dat kan, moet de conclusie na lezing van Waar alle wegen ophouden zijn. Sana Valiulina is namelijk, wat wij in Nederland sinds de jaren zeventig een ‘tweede generatie oorlogsslachtoffer’ noemen.
Toch is vader Valiulin volgens zijn dochter een ‘geluksvogel’. Slechts 20 procent van de generatie in 1922 is geboren, heeft Stalin overleefd. Hij is blijven leven. En soms is hij ook gelukkig. Niet alleen op het Waterlooplein, maar ook tijdens het IJzeren Gordijn als hij kan dansen op Abba en Boney M, twee westerse bandjes die razend populair zijn in de Sovjet-Unie tijdens en na de zogeheten ‘stagnatie’ onder Leonid Brezjnev en andere bejaarde leiders.
Het is zelfs meer dan dat. In de Goelag had vader Sandar ‘die heilige gevoelens leren kennen die hij naderhand zo vergeefs zocht in de koude, banale en materialistische wereld, waar een Lada, een datsja en een kristallen servies in een Joegoslavisch wandmeubel het toppunt van menselijk geluk waren’, schrijft dochter Sana.
Oprechte geschiedschrijving
Waarom, vraagt ze zich af. Haar antwoord is helder, al vergt de redenering enig dialectisch begrip. In de Goelag zat hij tien jaar gevangen. ‘Formeel voor landverraad’, aldus Sana Valiulina. ‘Maar in de eerste plaats toch omdat de worm die met al zijn ingewanden de Staat toebehoort de moed heeft gehad een subject van de geschiedenis te willen worden, een vrije wil te manifesteren, door van de Duitsers weg te vluchten, de Amerikanen te helpen, door met de Engelsen samen te werken en zodoende in Stalins ogen de zwaarste misdaad te plegen. De worm die zelf over zijn lot wil beschikken, dat is een messteek recht in het hart van Rusland. Vader heeft dat geheim zijn hele leven met zich meegedragen.’
De speurtocht van dochter Sana is een principiële. Ze wil niet alleen haar vader alsnog beter leren kennen, het gaat haar ook om niets minder dan de moraliteit van de waarheid, om de deugd van oprechte geschiedschrijving en om menselijke empathie.
Zonder fatalistische ironie zou het leven voor de Sovjetmens die individu wilde worden ondraaglijk zijn geworden
Dat zoeken is koortsachtig. Het voltrekt zich als een stroom vol herinneringen en gedachten, niet zelden met associaties door de tijd heen, met her en der een uitstapje naar Griekse wijsgerigheid. De speurtocht wordt soms verzacht door fatalistische ironie, een behouden erfenis uit de Sovjettijd, zonder welke het leven voor de Sovjetmens, die individu wilde worden en geen onderdaan wilde blijven, ondraaglijk zou zijn geworden. Uiteindelijk mondt het uit in een hermetische conclusie waarmee Sana Valiulina haar zoeken omkeert en afrondt. ‘Waarom over zoiets treurigs praten, terwijl alles ook zo al duidelijk is. Het kwaad is een oerkracht, een elementair, onuitroeibaar deel van ons aardse Russische bestaan.’
Waarschuwing
Dat verlangen naar universele moraliteit is anno 2024 niet meer louter een historisch gegeven maar inmiddels ook een actuele kwestie geworden. Het kwaad van de leugen als oerkracht mag in Rusland onuitroeibaar zijn, dat wil niet zeggen dit kwaad exclusief Russisch was, is en zal blijven. Het idee dat waarheid een relatief begrip is en mag worden onderworpen aan de politieke conjunctuur en het politieke opportunisme van alledag, is ook in de rechtstatelijke democratische wereld in opmars.
Daarom is Waar alle wegen ophouden van Sana Valiulina niet alleen een boek dat de kennis van het verleden verdiept en het historisch bewustzijn aanscherpt, maar ook een waarschuwing voor iedereen die geen onderdaan wil worden maar staatsburger wil zijn en blijven.
Deze tekst is een bewerking van de korte lofrede die Hubert Smeets hield bij de presentatie van Waar alle wegen ophouden op woensdag 30 oktober 2024 bij uitgeverij Prometheus in Amsterdam. Begin november vertelde Sana Valiulina over de lotgevallen van haar vader en haar boek bij OVT, het geschiedenisprogramma van de VPRO.