Als Donald Trump op 20 januari als president wordt ingezworen heeft Vladimir Poetin alle troefkaarten in het Midden-Oosten in handen. Met Turkije, Iran en Syrië sloot hij een vredesakkoord dat de VS en de VN feitelijk buiten spel heeft gezet. Het Russische totaalvoetbal was perfect, al is pokeren in Syrië ook voor Poetin niet zonder gevaren, zegt arabist Marcel Kurpershoek. De grote vraag is nu wat Trump gaat doen.
door Marcel Kurpershoek
In Syrië leiden alle wegen naar Moskou. Poetin heeft dat bereikt door zijn kaarten knap uit te spelen – steeds op het juiste moment en in de juiste volgorde. Het regime van de Syrische president Assad overleefde het uitbreken van de opstand in 2011 dankzij het Russische veto in de Veiligheidsraad en Russische wapenleveranties. In 2015 moest Assad desondanks terrein prijsgeven aan de oppositie – ondanks steun van zijn belangrijkste bondgenoot, Iran, en de Libanese sji’itische hulptroepen van Hezbollah. Assad gaf openlijk toe dat hij mankracht te kort kwam.
Kaart: Institute for the Study of War
Op dat kwetsbare moment kwam Poetin in actie. Assad werd naar het Kremlin gevlogen, waar Poetin hem de reddingsvoorwaarden dicteerde. In september 2015 was de Russische interventie een feit. Nieuwe bases werden ingericht en Russische bommenwerpers verpulverden de bastions van de gewapende oppositie. Dat gebeurde op zijn Russisch: niet met nauwkeurig geleide bommen maar door het dumpen van oude arsenalen. Een krachtiger versie van de vatenbommen die het regime jarenlang op Syrische woonwijken liet neerregenen.
De internationale verontwaardiging incasseerde Poetin als een neveneffect van minder belang: nieuwe sancties hoefde hij vanwege Syrië niet te vrezen. Wat telde was versterking van de Russische positie ten koste van de Verenigde Staten.
Assads allegaartje van milities kon oprukken dankzij de bressen die de Russische luchtmacht sloeg. Russische adviseurs zorgden voor coördinatie en professionaliteit. Veel soenni-vijanden van Assad moesten zich verbijten toen Qasem Soleimani, de generaal van de Iraanse revolutionaire gardisten, zich onlangs liet fotograferen tijdens een ‘inspectie’ van het veroverde Oost-Aleppo. Maar zonder Rusland was Aleppo niet gevallen.
Poetins totaalvoetbal
De eerste doelstelling van Poetin is met de val van Aleppo bereikt: het Assad-regime is niet langer onmiddellijk in zijn voortbestaan bedreigd. Daarmee zijn Russische bases aan de Syrische kust van de Middellandse Zee voorlopig gegarandeerd. Maar er is meer. Door slim manoeuvreren domineert Rusland nu het grotere spel in het Midden-Oosten. Rusland is meer dan ooit onmisbaar voor iedere denkbare uitkomst in Syrië, en dus de omringende regio.
Dat resultaat kan deels op het conto worden geschreven van Poetin en zijn apparaat. Rusland heeft politiek totaalvoetbal gespeeld. Alle middelen werden geïntegreerd en met succes ingezet: militair, inlichtingen en geheime operaties, diplomatiek, en informatie/desinformatie. Hybride oorlogsvoering was daarvan onderdeel. Poetin profiteerde van Obama’s eenzijdige focus op bestrijding van de IS-extremisten in de oostelijke helft van Syrië. Het is zoals veiligheidsexpert Andrew Tabler in de New York Times opmerkte: ‘Onder Obama hebben de VS sneller de aftocht geblazen dan andere partijen de leegte konden vullen.’
Russische militairen kammen bevrijd Oost-Aleppo uit (Foto Russische minsterie van Defensie)
Poetin greep in toen duidelijk was dat Obama militair niets tegen Assad zou ondernemen. Zekerheid daarover kreeg hij in de maanden dat minister Lavrov zijn Amerikaanse collega Kerry aan het lijntje hield over een staakt-het-vuren. Deze rondes liepen steevast stuk op nieuwe schendingen van het bestand en terreinwinst voor Assad. De winst werd geconsolideerd tijdens het volgende bestand, enzovoorts. Kerry ontkende al in een vroeg stadium het bestaan van een ‘plan B’ voor het geval van mislukking. Dat ging zo door tot de val van Aleppo.
Obama bewees Poetin ook een dienst door de PYD, de Syrische tak van de Koerdische PKK – door Turkije en het Westen aangemerkt als terreurorganisatie – te kiezen als partner in de strijd tegen IS. De PYD was de harde kern van de Syrische Democratische Strijdkrachten die gesteund werden door de VS. Dat zette de Amerikaans-Turkse betrekkingen op scherp.
Maar tegelijk kwam Turkije in aanvaring met Rusland door het neerschieten van een Russische Sukhoi-bommenwerper, gevolgd door de executie van de Russische piloot van het toestel. Rusland stelde sancties in die Turkije hard raakten. Turkije kreeg nauwelijks steun van de NAVO-bondgenoten. Dat had Erdogan grotendeels aan zichzelf te wijten. Zijn reputatie had te lijden onder het afbreken van de vredesonderhandelingen met de PKK; de vrije hand die hij IS en andere islamitische jihadi-extremisten gaf om Turkije als doorgangshuis te gebruiken; en zijn beknotting van burgerrechten in Turkije. Door toedoen van Erdogan was Turkijes internationale positie ernstig verzwakt. Dit maakte het land een appel die rijp was om de Russen in de schoot te vallen.
Obama gaf voorrang aan Iran
Het eerste keerpunt in de Syrische oorlog was het besluit van Obama om zich niet te mengen in het Syrische conflict en voorrang te geven aan het nucleaire akkoord met Iran. Syrië is sinds de Iraanse revolutie een bondgenoot van het Ayatollah-regime en Hafiz al-Assad, de vader van Bashar, koos partij voor Iran tegen Saddam Hussein in Irak. Via Damascus heeft Iran een kanaal naar Hezbollah in Zuid-Libanon, het belangrijkste wapen van Iran tegen Israël. En in Bagdad domineert Iran dankzij de sji’itische meerderheid en milities die na Saddam aan de macht kwamen. Maar de hoop van Obama op een andere opstelling van Iran in de regio na het akkoord kwam niet uit, eerder het tegendeel
Tijdens de Amerikaanse onderhandelingen met Iran was IS in opkomst. Om die reden steunden de VS alleen nog ‘gematigde’ Syrische rebellen die beloofden niet tegen Assad, maar alleen tegen IS te strijden. Obama zette alle kaarten op de diplomatie van Kerry. Daarmee kregen Assad, Iran en Rusland in feite de vrije hand in Syrië.
Het tweede keerpunt was de mislukte staatsgreep tegen de AKP-regering van Erdogan in juli 2016. De eersten die Erdogan geluk wensten waren Poetin en de Iraanse politieke top. Volgens Erdogan waren de coupplegers aanhangers van Gülen, een islamitische spirituele leider in ballingschap in de VS. Amerika werd in Turkije aangemerkt als de aanstichter van de staatsgreep. Er ontstond een klimaat waarin Erdogan wraak kon nemen op de Amerikaanse steun voor de Koerdische PKK in Syrië. En het opende de weg naar Moskou.
Op 23 januari zijn in Astana, de hoofdstad van Kazachstan, Syrische vredesbesprekingen gepland. De keuze van deze plaats heeft een geschiedenis. Achter de schermen bemiddelde de Kazachse leider Nazarbajev al tussen Poetin en Erdogan na het incident met de neergehaalde Sukhoi. Een maand na de couppoging reisde Erdogan naar Petersburg voor besprekingen met Poetin. Hoe vergaand hun afspraken waren bleek in de maanden erna.
Rusland gaf geen kik toen het Turkse leger op 24 augustus vorig jaar, twee weken na Erdogans gesprek met zijn ‘dierbare vriend’ Vladimir Poetin in Petersburg, de grens met Syrië overschreed. Assad en Iran moesten machteloos toezien. De Turkse operatie ‘Eufraat-Schild’ werd gepresenteerd als onderdeel van de strijd van de Coalitie tegen IS, maar de resultaten waren al snel tastbaarder dan jaren van bombarderen onder leiding van de VS.
Het werkelijke doel van Turkije was niet alleen IS, maar vooral de PYD, de Syrische tak van de PKK. De Turkse opmars, versterkt met een vernis van Syrisch-Arabische troepen, dreef een wig tussen het oostelijke en het westelijke deel van de PYD-zone langs de Turkse zuidgrens. Daarmee werd de droom van een onafhankelijke Koerdische staat of autonoom kanton onderuit gehaald. In de maanden erna werd duidelijk wat het quid pro quo was: Erdogan stak geen hand uit voor Aleppo, faciliteerde het vertrek van de rebellen uit de stad, en aanvaardde stilzwijgend dat Assad voorlopig aan de macht blijft.
Het offensief tegen IS in de stad al-Bab, niet ver van Aleppo, is het eindstation van de Turkse inval. Beheersing van die Arabische stad maakt het de Koerden onmogelijk hun twee enclaves te verbinden. In al-Bab werd het bewijs geleverd dat er een Turks-Russisch plan wordt uitgerold: de Russische luchtmacht hielp de Turken terwijl de VS het lieten afweten en daarvoor Turkse hoon oogstten. Tegelijk laat Turkije steeds dreigender geluiden horen over het sluiten van Incirlik, de belangrijkste basis voor de Amerikaanse luchtmacht bij de Turkse stad Adana. Een boodschap die nu vooral voor Trump is bestemd.
Russische militairen op de basis Hmeimim (foto Russische ministerie van Defensie)
Obama’s halfslachtige optreden in de Syrische crisis heeft niet alleen de Russische positie in Syrië versterkt. De Amerikaanse keuzes hebben Poetin ook de kans geboden om de woede van Turkije tegen de VS uit te baten. Verzwakking van de zuidoostflank van de NAVO is potentieel een strategische verschuiving in het machtsevenwicht ten gunste van Rusland. Daarvoor moet Rusland voldoende lokkertjes en concessies bieden aan Erdogan. Damascus en Teheran zien dat tandenknarsend aan. Maar zij staan te diep bij Poetin in het krijt om Russische gebaren jegens Erdogan te verhinderen.
Wat gaat Trump doen?
Obama’s opvolger laat iedereen gissen, hopen en vrezen. Maar op drie punten zal Trump iets moeten laten zien: hij moet de druk opvoeren op Iran dat van Obama ongekende ruimte kreeg; hij moet korte metten maken met de islamitische extremisten; en bereid zijn om deals te sluiten met Poetin. Voor het eerste zijn de mogelijkheden legio: Iran heeft militair een dikke vinger in de pap in Libanon, Syrië, Irak, en gedraagt zich regelmatig provocerend in de Golf. Als sji’itische theocratie opereert Iran militair met de inzet van sji’itische milities, gerecruteerd van Afghanistan tot Libanon. Dat wekt weerstanden op in een Arabische wereld die in grote meerderheid soennitisch is. Het is een van de aanjagers van de radicalisering onder die meerderheid. Voorheen ondenkbare allianties zijn het gevolg, zoals de anti-Iraanse contacten tussen Israël en Saoedi-Arabië. Iran heeft gebruik gemaakt van de chaos in Irak en Syrië, maar zich tegelijk kwetsbaar gemaakt voor zijn vele vijanden daar.
Een manier om dat te bereiken is het derde punt: Poetin en Trump zouden een deal kunnen sluiten om het staatsgezag in Syrië en Irak te herstellen op seculiere basis. Een dergelijke deal laat geen ruimte voor leiders als Nouri al-Maliki, de voormalige Iraakse premier die de sectarische tegenstellingen in Irak aanwakkerde; of zoals Assad, weliswaar een seculiere Baathist maar wel een die overleefde door ruim baan te geven aan het islamitische Iran en Hezbollah. Assad zou dan op termijn het veld moeten ruimen voor een seculier alternatief met minder bloed aan de handen.
Een vierde punt is de steun die Trump aan Israël beloofde. Voor Israël kan een entente tussen Poetin en Trump zekerheid bieden tegen Iran en Hezbollah. Iran is een land met een aderverkalkte revolutie die de vernietiging van Israël als geloofsartikel voert. In Turkije zou Erdogan ruimte krijgen voor een relatie waarin hij zowel Trump als Poetin te vriend houdt – als NAVO-bondgenoot met een uitzonderlijke status.
Al deze scenario’s gaan ten koste van Iran en de soenni-extremisten die bij elkaar gedijen. Teheran moet een toontje lager gaan zingen en krijgt de rekening gepresenteerd van zijn militaire ‘overreach’ in de Arabische wereld. De soenni-extremisten worden eindelijk aangepakt met niet alleen militaire, maar ook politieke middelen.
De Russische timing is nog steeds perfect. Op 20 december tekenden Rusland, Iran, en Turkije de Moskou Verklaring. De eerste paragraaf spreekt over Syrië als een democratische en seculiere staat. Erdogan is een Turkse variant van de moslimbroeders, maar staat aan het hoofd van een staat die grondwettelijk nog steeds seculier is. De groepen die Erdogan in Syrië heeft gesteund hebben eerder een staat met een islamitische inslag voor ogen. Zowel voor Syrië als voor Turkije zelf is het onderschrijven van die verklaring dus niet zonder betekenis. Het kan Erdogan duidelijk maken dat er een grens is bereikt in zijn islamisering van Turkije en pogingen dat naar de regio te exporteren.
Amerikaanse desillusie compleet
De Moskou Verklaring berust op een wapenstilstand die werd bereikt tussen Rusland en Turkije. De verklaring werd vervolgens verwelkomd in een resolutie van de Veiligheidsraad. Verwijzingen naar de rol van de VN namen niet weg dat noch het Assad-regime, noch de VS of de VN in Moskou aanwezig waren.
Ook al moet de geschiedenis nog oordelen, het lijkt erop dat de VS niet eerder door Rusland of zelfs de Sovjet-Unie zo opzijgezet is in het Midden-Oosten. De Amerikaanse desillusie lijkt compleet. Het Midden-Oosten bleek geen vruchtbaar terrein voor de democratische droom en oorlog tegen het terrorisme is gecompliceerder dan het klinkt. De afstandelijkheid van Obama paste naadloos bij een Amerikaanse publieke opinie die de regio beu is en zich alleen wil vrijwaren van het islamitische extremisme dat er ontspringt.
Russische militaire basis Hmeimim in Syrië (foto ministerie van Defensie)
Opnieuw is gebleken dat Europa machteloos staat zonder de VS. Ook dat is goed nieuws voor Poetin. De titel van geostrategische grootmeester van het jaar 2016 kan hem dus moeilijk ontgaan. In Syrië heeft Poetin een hand met troeven verzameld die hem in alle scenario’s van pas kunnen komen.
Maar onzekerheid blijft. Assad en Iran dromen na Aleppo van de volledige overwinning. Dat is op dit moment niet in het Russische belang. De Syrische oppositie heeft al gedreigd niet naar het vredesoverleg in Astana te gaan als het regime doorgaat met aanvallen op rebellen rond Damascus. Turkije verwijt Iran Assad daarin te steunen. Tekst en uitleg van de akkoorden over de wapenstilstand zijn omstreden. De Russisch-Turkse entente is de bodem voor deze akkoorden maar staat onder druk. Iedereen is in afwachting van de landing van deus-ex-machina Trump op het toneel. Poetin is in ieder geval voorbereid en in een sterke positie.
Lees ook de Russische buitenlandexpert Vladimir Frolov over de nieuwe vijanden die Poetin maakt met zijn Syrië-strategie.