Samen met Australië stelt Nederland Rusland aansprakelijk voor het neerhalen van de MH17. De ministerraad nam dit besluit op 25 mei en stelde Rusland direct op de hoogte. De bekendmaking van het kabinet volgde op de persconferentie een dag eerder van het Joint Investigation Team (JIT). De onderzoekers van het JIT concludeerden dat de Boek-raket die de MH17 neerschoot afkomstig is van de 53ste luchtafweerbrigade van het Russische leger uit Koersk. Rusland noemde de beschuldigingen totaal ongefundeerd en het onderzoek partijdig.
Onderzoekscollectief Bellingcat ging een stap verder en wees op een persconferentie in Den Haag al een mogelijke verdachte aan, Oleg Ivannikov, een officier van de Russische militaire geheime dienst. Hij zou verantwoordelijk zijn geweest voor het transport van militair materieel vanuit Rusland naar de opstandige regio in Oost-Oekraïne waar de MH17 werd neergehaald.
Het JIT, het internationale strafrechtelijk onderzoek naar de ramp met de MH17, zei uit de beschikbare beelden van de raket waarmee de MH17 is neergehaald kenmerken te hebben gedestilleerd, die ‘als een vingerafdruk kunnen worden beschouwd’. Door vergelijking met beelden die op verschillende data zijn gemaakt, is vastgesteld dat de betreffende Boek-raket meereed in een konvooi van de 53-ste brigade enkele weken voordat de MH17 werd neergeschoten.
Voor het kabinet staat nu vast dat Rusland verantwoordelijk is voor de inzet van de Boek. Daarom stelt de regering samen met Australië Rusland formeel aansprakelijk. Inmiddels heeft ook Oekraïne zich bij de twee landen aangesloten. Volgens minister Blok van Buitenlandse Zaken heeft de stap twee doelen, namelijk dat ‘Rusland zijn verantwoordelijkheid neemt en dat Rusland recht doet aan leed en toegebrachte schade.’
Tegenover de pers verklaarde Blok onder meer: ‘Het besluit voor de aansprakelijkstelling is niet lichtvaardig genomen, er ging een diepgaand onderzoek aan vooraf, we zijn dus zeker van onze zaak. Het besluit voor de aansprakelijkstelling betekent dat we van Rusland genoegdoening vragen. Dat is het hele palet: meewerken aan het onderzoek, ter beschikking stellen van alles dat daarvoor nodig is. Wij hebben tot taak alle instrumenten richting Rusland in te zetten, ook als dat moeilijk is.’ Al in een brief aan de Tweede Kamer op 9 maart zei het kabinet te overwegen om Rusland aansprakelijk te stellen. De brief schetste de complexe procedure, de lange weg en de onzekere uitkomst van een dergelijke stap.
Complex juridisch proces
Dinsdag zal het besluit van Nederland en Australië worden besproken in de VN-Veiligheidsraad, waarvan Nederland dit jaar lid is. Blok zei zich weinig illusies te maken over de reactie van Rusland. Het aansprakelijk stellen van een staat is, zo erkent Blok, een complex juridisch proces, dat verschillende routes biedt om compensatie (voor de materiële en immateriële schade) of genoegdoening (excuses en berechting van daders) voor de benadeelde staat te krijgen. Eerst kan er worden onderhandeld met Rusland, en als dit tot niets leidt, kan er gezocht worden naar een arbiter (een bestaand of speciaal tribunaal), waarbij vereist is dat alle betrokken partijen – dus ook Rusland – bereid zijn mee te werken. Tot slot is er de optie om eenzijdig maatregelen te nemen (zoals beslaglegging op bezittingen) om Rusland tot naleving van zijn internationale verplichtingen te dwingen.
De stap staat los van het strafrechtelijk onderzoek en de mogelijke vervolging en berechting van individuele daders. Het JIT heeft enkele tientallen verdachten in het vizier, maar wil daarover verder niets zeggen, totdat er strafrechtelijk voldoende bewijs is voor een aanklacht tegen deze of gene persoon. Het JIT riep donderdag insiders en ooggetuigen op zich met informatie te melden: ‘Wie maakte deel uit van de bemanning? Met welke instructie gingen zij op pad? Wie was verantwoordelijk voor de operationele inzet van deze BUK-TELAR op 17 juli 2014? Wij zijn ervan overtuigd dat veel mensen over deze informatie beschikken. Dat kunnen personeelsleden van de 53ste Brigade zijn, maar ook familieleden, vrienden of kennissen. En zelfs mensen die niets met de 53ste Brigade te maken hebben,’ zei het hoofd van de Landelijke Recherche van de Nederlandse politie Wilbert Paulissen.
Russische reacties
Minister Blok heeft vrijdag zijn Russische collega Sergej Lavrov geïnformeerd. Lavrov, zo zei Blok, ontkende in dat gesprek opnieuw de Russische betrokkenheid. Hij beklaagde zich erover dat Rusland niet mee mag doen aan de onderzoeken naar de vliegramp en dat het de conclusies daarom niet kan vertrouwen. Volgens het Russische ministerie van Buitenlandse Zaken komt het JIT met ‘holle beschuldigingen’ en is de informatie van Rusland door de onderzoekers genegeerd.
President Poetin reageerde op de conclusies van het JIT diplomatieker en zei dat Rusland de uitkomsten zou bestuderen, maar ook hij gaf aan dat Rusland de uitkomst niet vertrouwt omdat Oekraïne wel en Rusland niet deel uitmaakt van het onderzoeksteam.
Het Russische ministerie van Defensie verklaarde naar aanleiding van de bevindingen van het JIT over de 53ste Brigade dat ‘geen enkele Russische Boek-installatie ooit over de grens met Oekraïne is gebracht’. Het ministerie verwierp ‘de insinuaties van Oekraïense zijde’ dat er Russische militairen bij de ramp betrokken zouden zijn.
De Russische officiële berichtgeving camoufleerde de bevindingen van het JIT. Volgens persbureau TASS zijn de onderzoekers ‘nog steeds niet in staat’ om vast te stellen wie het vliegtuig heeft neergehaald. De website Vesti.ru liet achterwege dat het JIT de 53ste Brigade aanwees als gebruiker van de bewuste Boek-raket. In de krant Izvestia merkte een commentator op dat het internationale onderzoek slechts uitgaat van één versie en een vooropgezet idee en schreef sarcastisch: ‘Hoe langer de farce met de naam “onderzoek naar zaak van de vlucht MH17” duurt, hoe duidelijker wordt de hulpeloosheid en vooringenomenheid. Als onderzoek zonder enig bewijs en regel bij voorbaat een schuldige aanwijst…’
Daarnaast zijn er kranten die feitelijk weergeven wat er donderdag door het JIT is meegedeeld. Daaronder de zakenkranten Vedomosti en Kommersant. Oppositiekrant Novaja Gazeta bracht een uitgebreid verslag uit Zeist en publiceerde een open brief van een groep nabestaanden van slachtoffers die de Russische regering opriepen haar verantwoordelijkheid te nemen en een einde te maken aan de onzekerheid.