De laatste fase van Poetins oorlog: een orgie van doelloos geweld

Militaire experts proberen de oorlog dagelijks te volgen en te duiden. Ton Zwaan, oud-medewerker van het Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie, graaft dieper. Hij geeft drie klassieke visies: de oorlog als de korte krachtmeting van Von Clausewitz, de oorlog als 'sacrale missie' en als 'cataclysme'. Poetins kruistocht is die laatste fase ingegaan: een bijna autonome orgie van doelloos geweld. Zo lijkt Poetin meer op tsaar Nicolaas II in zijn nadagen, zegt Zwaan. Onderhandelingen zijn in deze fase niet meer haalbaar. Zal het Oekraïense offensief effect sorteren?

bakhmut from the airDe rokende puinhopen van Bachmoet

door Ton Zwaan

De door het Russische regime op 24 februari 2022 ontketende grootschalige oorlog tegen buurland Oekraïne is zijn tweede jaar ingegaan. De strijd heeft op het eerste gezicht veel trekken van (neo-)koloniale oorlogvoering. Het ‘moederland’ van het voormalige imperium doet verwoede pogingen om met geweld het gepercipieerde machtsverlies te keren en territorium terug te winnen. Niemand kan voorspellen hoe het verder zal gaan, maar bespreking van enkele visies op oorlog kan wellicht bijdragen aan verheldering van de gebeurtenissen tot nu toe en de kansen op vrede in de toekomst.

1. Oorlog volgens Von Clausewitz

Er bestaan meerdere visies op de aard van oorlog. Het bekendst is de klassieke ‘realistische’ visie, die teruggaat op de studie Vom Kriege (1832) van de Pruisische generaal Carl von Clausewitz. In zijn ogen was oorlog een krachtmeting tussen twee of meerdere staten en een ‘rationele voortzetting van politiek met andere middelen’ – dat wil zeggen: met geweldsmiddelen. Het politieke doel diende van tevoren duidelijk te zijn en de aanvallende mogendheid moest de tegenstander snel en beslissend militair onderwerpen om die vervolgens de eigen politieke wil op te leggen.

Als dat lukte werd er gesproken van ‘winnen’, zo niet, van ‘verliezen’. Dit perspectief bevat een kern van waarheid, wordt nog steeds gebruikt in militaire kringen overal ter wereld en is gangbaar onder het grotere publiek. Een sterk punt is dat het ons uitnodigt na te denken over de politieke en militaire doelen van de oorlogvoerende partijen en de bereikbaarheid daarvan. Wat waren en zijn de doelen van Oekraïne en van het Russische regime en zijn die realiseerbaar?

De doelen van Oekraïne zijn duidelijk en primair defensief. Het gaat om het weerstaan van de Russische invasie, het verdrijven van de Russische troepen uit de bezette gebieden, en het handhaven van de soevereiniteit, onafhankelijkheid en territoriale integriteit van het land.

De Russische Federatie is onmiskenbaar de agressor en heeft aan het begin van de oorlog drie politieke doelen genoemd: ‘demilitarisering, denazificatie en het beëindigen van genocide op Russen in Oekraïne’. En zo nu en dan wordt nog steeds beweerd dat ‘alles volgens plan’ verloopt. In werkelijkheid is de grote zwakte van deze doelen dat ze niet gebaseerd zijn op feitelijke informatie en gedegen analyse, maar op ideologisch wensdenken en geen praktisch aanknopingspunt bieden voor militaire actie. Er was geen genocide in Oekraïne, er zijn geen ‘nazi’s’ aan de macht, de bevolking is niet ‘genazificeerd’, en demilitarisering is een onverstandig doel. De laatste maal dat dat geprobeerd is was toen de Amerikaanse bewindvoerder in Irak het onzalige besluit nam het Iraakse leger te ontbinden en de Iraakse politie naar huis te sturen, met voorspelbaar rampzalige gevolgen.

kinderziekenshuis in kyivKinderziekenhuis in Kyiv

Vier nederlagen op rij

De eerste fase van de invasie maakte meer concrete doelen zichtbaar: de Russische blitzkrieg was erop gericht de hoofdstad Kyiv in te nemen, de Oekraïense leiders te elimineren en te vervangen door een pro-Russisch regime, om vervolgens Oekraïne te kunnen onderwerpen aan de Russische Federatie. Maar vrijwel niets verliep volgens plan, de door Clausewitz bepleite snelle en beslissende overwinning bleef uit en verkeerde al spoedig in een eerste Russische nederlaag. Het Oekraïense militaire verweer speelde een doorslaggevende rol, maar het blijft enigszins raadselachtig waarom de Russische inlichtingendiensten, die jarenlang in Oekraïne gespionneerd hadden, kennelijk zulke onrealistische inschattingen hadden gemaakt en waarom de Russische legerleiders de invasie, in weerwil van de Russische militaire handboeken, zo gebrekkig hadden voorbereid en uitvoerden.

Het antwoord ligt vermoedelijk in een combinatie van factoren: wijdverbreide incompetentie en corruptie, superioriteitswaan en machtsarrogantie, slechte verstandhoudingen tussen officieren en soldaten, en een laag moreel van de amper ingelichte en onvoldoende voorbereide troepen.

Dezelfde omstandigheden zijn tevens debet geweest aan de tweede Russische nederlaag. Terwijl de troepen rond Kyiv onder Oekraïense militaire druk eind maart, begin april in noordelijke richting terugtrokken naar Belarus en ernstige oorlogsmisdaden pleegden, begon zich ook een mislukking af te tekenen bij de poging de tweede stad van het land, het voor een groot deel Russischtalige Kharkiv, te omsingelen en in te nemen. Kharkiv werd intensief beschoten en er vonden zware gevechten plaats rond en ook in de stad, maar strijdgroepen uit de bevolking en Oekraïense legereenheden hielden stand.

Met een beperkt Oekraïens tegenoffensief begin mei werd vooruitgang geboekt, gevolgd door een veel groter tegenoffensief vanaf eind augustus. De gedeeltelijke omsingeling werd ongedaan gemaakt en in de loop van september moesten de bezetters ook het hele noordoostelijke deel van de oblast (provincie) Kharkiv ontruimen. Met achterlating van grote hoeveelheden militair materieel vluchtten Russische eenheden, deels in paniek, over de grens in het noorden en naar bezet gebied in het oosten van Oekraïne. De bevrijding van de hele provincie Kharkiv kan beschouwd worden als een derde significante nederlaag.

Niet lang daarna volgde nog een vierde: door een krachtig Oekraïens offensief in het zuiden, ingezet in september, werd het bezette deel van de provincie Kherson ten westen van de rivier de Dnipro, inclusief de gelijknamige provinciehoofdstad, in twee maanden terugveroverd op de Russische bezetters. Eind oktober, begin november moesten ze zich haastig over de rivier naar het oosten terugtrekken.

Vanuit het perspectief van Von Clausewitz kan allereerst geconcludeerd worden dat na acht maanden oorlog de Russische overvallers geen van hun zelfgestelde doelen hebben bereikt. Het is ook niet waarschijnlijk dat dat in de toekomst alsnog gaat lukken. Voorts is gebleken dat substantiële militaire weerstand van Oekraïense zijde de grotere en in principe sterkere Russische oorlogsmachine vier forse nederlagen heeft toegebracht. Het Russische leger heeft zeer grote verliezen geleden aan materieel en mankracht. Volgens de meest recente melding van het Oekraïense ministerie van Defensie zouden ruim 177.000 Russische militairen gesneuveld zijn. Als dit juist is, dienen daar zeker nog 280.000 gewonden bij te worden opgeteld. Samen genomen zou dan ruim 450.000 man zijn uitgeschakeld. Deze schattingen zijn mogelijk te hoog, maar het is aannemelijk dat ongeveer een derde van het staande Russische leger van ruim een miljoen man zwaar gehavend is. Vanuit de realistische optiek is Oekraïne een eindweegs gevorderd met de realisering van zijn doelen en heeft Rusland de oorlog al voor een groot deel verloren.

oekraine dnipro meisje jan 2023Vrouw in puinhopen na bom op de stad Dnipro (foto Hromadske)

Maar tot op heden wijst weinig erop dat dit besef is doorgedrongen tot het Russische regime. Integendeel, sinds het najaar van 2022 heeft escalatie de overhand: met de partiële mobilisatie vanaf september van 300.000 nieuwe soldaten, de inzet van een lange serie raketbeschietingen en luchtaanvallen op de Oekraïense infrastructuur en burgerdoelen vanaf oktober, en met de overhaaste en prematuur aangekondigde annexatie van de vier oostelijke provincies Loehansk, Donetsk, Zaporizja en Kherson, die geen van alle volledig door Rusland bezet zijn. Een tweede perspectief op de aard van oorlog kan hier meer verheldering bieden.

2. Oorlog als sacrale missie

Dit perspectief komt erop neer dat oorlog door degenen die ermee beginnen niet beschouwd wordt als een ‘rationele voortzetting van politiek met andere middelen’, maar als middel om een verondersteld groots en verheven doel te realiseren. Er is geen realistisch haalbaar politiek doel, maar veeleer een utopische fantasie, zoals bijvoorbeeld de nationaal-socialistische droom van een Derde Rijk op racistische grondslag dat duizend jaar zou standhouden. Het gaat om een ‘heilige’, een sacrale missie.

Voor het huidige Russische regime is uitbreiding en consolidatie van ‘de Russische wereld’ – innige vereniging van de drie Oost-Slavische naties van Russen, Wit-Russen en Klein-Russen (zoals Oekraïeners vroeger genoemd werden) onder leiding van Moskou – zo’n missie. Het getuigt van een rancuneus en reactionair verlangen naar een verleden dat nooit bestaan heeft, naar een afgeslankte en romantisch opgetuigde versie van de oude Sovjet-Unie. Het uitroepen van deze sacrale kruistocht heeft verstrekkende gevolgen en lijkt alle middelen te heiligen.

Voor het regime zelf is het voornaamste gevolg dat het steeds minder in staat is tot rationele zelfkritiek en steeds meer verstrikt raakt in de eigen ideologische verblinding. Verbeten fanatisme en tunnelvisie, afwisselend aangejaagd door paranoïde angst en grootheidswaan, hebben de plaats ingenomen van realistisch en rationeel politiek denken en handelen. Binnenslands wordt er alles aan gedaan om de Russische staatssamenleving in een volledige oorlogsmodus te brengen.

De bevolking wordt elke reële informatie over de oorlog onthouden en voortdurend verteld dat Rusland ernstig bedreigd wordt door Oekraïne, de NAVO en ‘het Westen’. In woorden van de Russische president: door ‘nazi’s’, die erop uit zijn de Russische Federatie ‘in stukken te hakken’ of, erger nog, willen laten ‘verdwijnen’. Deze beweringen raken kant noch wal, maar door existentiële angst op te wekken wordt beoogd conformisme en mobilisering te bewerkstelligen.

Andersdenkenden, afwijkende meningen en protesten worden radicaal onderdrukt en zwaar bestraft. Oorlogszuchtige leiders van de Russisch-orthodoxe kerk hebben er nog een religieus schepje bovenop gedaan: niets minder dan ‘satanische krachten’ zouden het vaderland bedreigen. Van bovenaf geregisseerde mediacampagnes wakkeren haat tegen Oekraïeners en het Westen aan. In de buitenlandse politiek tegenover Europese landen en de Verenigde Staten wordt een agressieve, vijandige toon aangeslagen en allerlei provocaties en als intimiderend bedoelde dreigementen, ook met nucleaire wapens, zijn min of meer routine geworden. De Russische diplomatieke dienst is verworden tot een apparaat louter voor desinformatie, propaganda, spionage en sabotage. En het regime lijkt niet meer bij machte te onderscheiden tussen ware feiten en de eigen verzinsels, halve en hele leugens.

poetin de fanaatPoetin spreekt het Loezjnikistadion toe

De kruistochtmentaliteit heeft ook gevolgen voor de oorlogvoering. Vanaf dag één hebben Russische troepen oorlogsmisdaden gepleegd – er zijn inmiddels meer dan 70.000 gedocumenteerde aanklachten geregistreerd – maar vanaf oktober vorig jaar, kort voor het invallen van de winter, werd begonnen met een lange reeks beschietingen en bombardementen op talloze steden in Oekraïne. Formeel ging het om het uitschakelen van de infrastructuur voor energie, verwarming en drinkwater, maar in feite waren de aanvallen evenzeer gericht op allerlei civiele doelen.

De bedoeling was de Oekraïense bevolking zwaar te intimideren en de levensvoorwaarden zo moeilijk mogelijk te maken. Deze strategie was door de Russische luchtmacht vanaf 2015 ‘met succes’ gevolgd in Syrië en werd vermoedelijk mede ingegeven door wraakgevoelens over de eerder geleden militaire nederlagen: als we jullie niet kunnen overwinnen, kunnen we jullie altijd nog vernietigen.

Neokoloniaal en genocidaal

De Russische oorlogvoering heeft een (neo-)koloniaal karakter, maar is ook genocidale oorlogvoering. Op de Russische staatstelevisie wordt dagelijks opgeroepen ‘een einde te maken aan Oekraïne’. De vice-voorzitter van de Russische nationale veiligheidsraad deelt die mening en heeft daar onlangs in groteske aanmatiging nog aan toegevoegd dat ook ‘Polen als land moet verdwijnen’.

De verlegging van de frontlijn van het militaire strijdtoneel naar het oosten van Oekraïne is overigens geen vrije keuze geweest van het regime en de Russische legerleiding, maar een door Oekraïne afgedwongen consequentie van de vier voorgaande Russische nederlagen. Dat Russische troepen in de eerste maanden van de invasie aanvankelijk relatief gemakkelijk gebieden in het oosten konden bezetten vanuit de mini-volksrepubliekjes van Loehansk en Donetsk en vanaf de Krim was ook geen teken van overweldigende militaire kracht, maar vooral van toenmalige plaatselijke militaire zwakte van Oekraïense kant.

Waar wél forse Oekraïense weerstand was, zoals bijvoorbeeld bij Voznesensk en Mykolaiv en ten westen van de stad Donetsk, werd de Russische opmars effectief geblokkeerd en werden de Russische troepen teruggeslagen of konden ze slechts na lange tijd met heel veel moeite en verschrikkelijke verwoesting die weerstand breken, zoals bij Marioepol. De beoogde doorbraak vanuit de Krim naar Odessa in het zuiden vond niet plaats.

En zo is het in grote trekken tot op heden gebleven: ondanks de aanvoer en inzet van vele tienduizenden reguliere troepen en ingehuurde bendes paramilitaire beroepsmoordenaars van de Wagnergroep hebben Russische offensieve acties sinds november vorig jaar nauwelijks vooruitgang geboekt. Nergens langs de meer dan 1000 kilometer lange frontlijn is het gelukt op grote schaal door Oekraïense verdedigingslinies te breken en significante terreinwinst te boeken. Symbolisch voor de kruistochtmentaliteit en de tunnelvisie van het regime is de tevergeefse strijd om de stad Bachmoet: in de maandenlange gevechten hebben de aanvallers grote verliezen geleden, maar men blijft doorgaan met eindeloze artilleriebeschietingen en frontale infanterieaanvallen – zonder succes.

Desgewenst kan het regime de oorlog op elk moment beëindigen door een staakt-het-vuren af te kondigen en zijn troepen terug te trekken naar het territorium van de Russische Federatie, maar het Kremlin heeft pas nog laten weten ‘geen diplomatieke oplossing te zien en geen ander alternatief te hebben dan voortzetting van de oorlog’.

moskouse gedeputeerde aleksej gorinov 7 jaarMoskouse volksafgevaardigde Gorinov krijgt 7 jaar cel voor kritiek op de oorlog, tot in de rechtszaal: 'Ik ben tegen de oorlog'

3. Oorlog als cataclysme

In een derde visie wordt oorlog bovenal beschouwd als een cataclysme, een grote en bloedige ramp voor alle betrokkenen en voor de mensheid als geheel. Een belangrijk inzicht is dat oorlogen weliswaar begonnen worden vanuit bepaalde doelstellingen, maar eenmaal ontketend al spoedig voortgestuwd worden door krachten die door geen van de betrokken partijen meer beheerst worden. Het proces van oorlogvoering krijgt een relatief autonome dynamiek waarin allen als het ware worden meegezogen in het verloop van de gebeurtenissen, in de ketens van acties en reacties.

Het massale geweld groeit dan uit tot proporties die mettertijd voor alle partijen catastrofale gevolgen hebben. Ook voor degenen die met de oorlog begonnen zijn, zij kunnen ten onder gaan aan de onbedoelde gevolgen van een proces dat ze met heel andere bedoelingen zelf op gang hebben gebracht. Vanuit dit perspectief heeft uiteindelijk niemand baat bij oorlog en kan nauwelijks meer sprake zijn van simpelweg ‘winnen’ of ‘verliezen’. De gewelddadige verschrikkingen, de verliezen aan mensenlevens, de materiële verwoesting, de economische kosten en financiële lasten zijn immers bijna altijd immens voor alle partijen die deelnemen aan oorlog. Het proces van wederzijdse gewelddadige destructie kan alleen beëindigd worden als een van beide partijen het opgeeft of beslissend verslagen wordt, dan wel wanneer beide partijen uit oorlogsmoeheid besluiten op zoek te gaan naar een politieke oplossing van het conflict.

Deze visie impliceert geen morele equivalentie tussen Rusland en Oekraïne – de verantwoordelijkheid voor het beginnen en voortzetten van de oorlog berust uitsluitend bij het Russische regime en de schade die inmiddels is toegebracht aan Oekraïne is vele malen groter dan de schade die Rusland geleden heeft – maar elementen ervan zijn herkenbaar in het lopende conflict.

prigozjin in de donbasWarlord Jevgeni Prigozjin van huurlingenleger Wagner op bezoek bij de rebellen van de Volksrepubliek Donetsk

De kansen op vrede

Wat zijn de kansen op vrede in de toekomst? Een einde aan de oorlog op korte termijn is niet waarschijnlijk: het Russische regime, in de ban van de eigen ideologie en heilige missie, wil doorgaan met oorlogvoeren en Oekraïne zal zich niet onderwerpen en de strijd niet staken. Dat betekent dat in de komende tijd nog veel meer geweld en misère te verwachten zijn. Het betekent ook dat het ‘bevriezen’ van het conflict, zoals dat Rusland gelukt is in Moldavië, Georgië en tot op zekere hoogte ook in Tsjetsjenië, niet zal plaatsvinden en zich voorlopig ook geen militaire patstelling zal ontwikkelen, zoals hier en daar wel beweerd wordt.

Een belangrijke stap in de nabije toekomst is het ophanden zijnde offensief van Oekraïne. Het zal mogelijk gericht zijn op het opsplitsen van het door Russische eenheden bezette gebied en daarmee ook van de Russische bezetters zelf in een noordelijk en een zuidelijk deel. Dat is een risicovolle militaire onderneming, maar als het lukt zou het de Russische troepen in het zuidelijk deel in zeer ernstige problemen brengen en waarschijnlijk dwingen tot een aftocht naar de Krim. Maar hoe het zich ook zal ontwikkelen, een Oekraïens offensief tegen een Russische numerieke overmacht is zeker niet bij voorbaat kansloos, zoals gebleken is uit de vier Russische nederlagen tijdens de eerste acht maanden van de oorlog.

Vergeleken met het Russische leger zijn de Oekraïense strijdkrachten professioneler, competenter, minder corrupt, minder centralistisch en hiërarchisch, met betere verstandhoudingen tussen de rangen en, misschien wel het belangrijkst, met een hoger moreel. Russische militairen vechten voor geld of omdat ze daar door misleiding en repressie toe gedwongen worden, maar Oekraïense soldaten beseffen dat ze vechten voor de vrijheid en onafhankelijkheid van zichzelf en van hun land.

 kaart isw 23 april 2023Het front op 23 april 2023 volgens de Amerikaanse militaire thinktank ISW

Eensgezindheid versus onzekerheid

Een andere factor in dit verband is de algehele houding van de bevolking. De Oekraïense samenleving is verdeeld langs vele historische en sociale scheidslijnen, onder andere naar klasse, regio, religie en taal, maar lijkt meer verenigd en solidair dan ooit tevoren. Een onbedoeld gevolg van de oorlog is dat de Oekraïense natievorming een zeer sterke impuls heeft gekregen en de overgrote meerderheid van de diverse elites en de bevolking staat welbewust achter de eigen zelfgekozen president en regering, en achter het Oekraïense leger. In het afgelopen jaar is ook gebleken dat het gros van de bevolking taai, vastberaden en veerkrachtig is.

De Russische samenleving is ook verdeeld langs zulke scheidslijnen, maar in tegenstelling tot het beeld dat de propaganda uitdraagt is geen sprake van een hecht thuisfront, grote solidariteit, laat staan massaal enthousiasme over de oorlog. De partiële mobilisatie van september heeft grote onrust in Rusland teweeggebracht. Uiteindelijk zijn schoorvoetend en gedwee zo’n 300.000 man opgekomen, maar net zoveel of zelfs meer oproepbare mannen zijn Rusland ontvlucht. Zij hebben ‘gestemd met de voeten’ zoals Lenin dat noemde, en zijn gedeserteerd voordat ze gemobiliseerd konden worden.

Of de nu lopende campagne om nog eens 400.000 ‘vrijwilligers’ te recruteren succesvol zal zijn, staat nog te bezien. Aan de legitimiteit van de president en zijn regime kan ernstig getwijfeld worden. Een luidruchtige nationalistische pro-Kremlin minderheid krijgt momenteel ruim baan en de oppositie is vooralsnog monddood gemaakt, maar het is aannemelijk dat een even grote minderheid beseft dat het door en door criminele regime de afgelopen decennia van Rusland een dictatuur en een politiestaat heeft gemaakt, een roofstaat ook die een kleine elite in staat stelt te parasiteren op de Russische samenleving.

De grote massa van de Russische bevolking, doorlopend gemanipuleerd door censuur en propaganda, lijkt vooral te verkeren in onwetendheid en verwarring, en bezorgd af te wachten wat komen gaat. Van enthousiasme over de oorlog ter uitbreiding van ‘de Russische wereld’ is weinig te bespeuren. Velen hebben ook wel wat anders aan hun hoofd, een kwart van de Russische bevolking, zo’n 35 miljoen mensen, leeft op of onder de armoedegrens.

De middenklasse en de verschillende elites stellen zich, beducht voor hun belangen – werk, inkomen en voorrechten – die mede afhankelijk zijn van de staat, uiterlijk overwegend conformistisch op. Maar er zijn aanwijzingen voor groeiend scepticisme. Hoewel een deel van de Russische zakelijke elite zich momenteel verrijkt met de diefstal en plundering van Oekraïense bezittingen – woningen, bedrijven en ondernemingen – in de bezette gebieden, hebben meerdere oligarchen zich uitgesproken tegen de oorlog en gewaarschuwd voor de economische gevolgen. De meest betrouwbare Russische media en de beste journalisten zijn uitgeweken naar het buitenland, maar blijven van daaruit kritisch nieuws in Rusland verspreiden. Binnen universiteiten en academische instituten groeit de twijfel. Tussen de geheime dienst FSB en het leger bestaan serieuze meningsverschillen en onder hogere militairen, zelf ook onderling verdeeld, leeft antagonisme ten aanzien van de paramilitaire huurlingen.

De grote ontnuchtering – het doorbrekend besef dat de oorlog tegen Oekraïne een kolossale, misdadige en kostbare vergissing is en het beste zo snel mogelijk kan worden opgegeven – is nog niet aangebroken, maar naarmate de strijd voortduurt, de waarheid over de oorlog verder doorsijpelt in de Russische samenleving en Rusland nog meer verliezen zal lijden, is het niet uitgesloten dat het zover zal komen.

De Russische president vergelijkt zich graag met in zijn ogen grote tsaren zoals Peter I en Catharina II, maar hij heeft het meeste weg van Nicolaas II in zijn nadagen. Tot op het bot autoritair, vervuld van grootheidswaan, middelmatig intelligent, geïsoleerd, onrealistisch en uitermate stijfkoppig. Hij werd uiteindelijk afgezet door zijn eigen generaals. Het regime heeft hoe dan ook zijn langste tijd gehad: de Russische leiders van nu zullen het komende decennium hoogstwaarschijnlijk allen overlijden, de schamele imperialistisch-nationalistische ideologie van ‘de Russische wereld’ heeft Rusland en de Russen niets te bieden, en de Sovjet-Unie behoort definitief tot het verleden.

russ soldaten van z in oekraineRussische troepen in Oekraïne

In diverse Europese landen klinken de laatste tijd uit linkse hoek goedbedoelde maar naïeve geluiden die aandringen op ‘dialoog en vredesbesprekingen’ en wordt in rechtse kringen gehoopt op een Russische overwinning. Uit China en Brazilië komen zalvende maar valse woorden over het belang van ‘vrede en verzoening’. Maar de ommekeer zal uit de Russische Federatie zelf moeten komen met het besluit zich terug te trekken uit Oekraïne. Pas dan kunnen reële onderhandelingen over een veelomvattende, rechtvaardige en duurzame vrede, met geschikte veiligheidsgaranties voor alle partijen, gevoerd worden. Tot die tijd doen Europese landen er goed aan hun defensie aanzienlijk te versterken en Oekraïne onverwijld te voorzien van alle middelen die nodig zijn om staande te blijven.