Rusland is uitgesloten van de Olympische Winterspelen in Zuid-Korea. Het IOC heeft daartoe besloten, omdat de Russische sportautoriteiten in het verleden een systematisch dopingbeleid hebben gevoerd en vervolgens onvoldoende actie hebben ondernomen toen de misstanden aan het licht kwamen. Deze sanctie van het IOC plaatst de Russische regering volgens Hubert Smeets voor een dilemma. Formeel protest ligt voor de hand, maar een tegenboycot is gevaarlijk, omdat dan het WK Voetbal komende zomer in Rusland zelf gevaar zou kunnen lopen.
door Hubert Smeets
President Vladimir Poetin wachtte rustig af totdat de teerling was geworpen. Die boodschap droeg hij althans uit, terwijl het Internationaal Olympisch Comité (IOC) zich boog over de consequenties van het Russische dopingbeleid in de sport en op 5 december besloot om de Russische equipe te weren van de Olympische Winterspelen in Pyeongchang (Zuid-Korea). In politieke kringen werd in Moskou op voorhand al gespeelde met de gedachte om het IOC met gelijke munt terug te betalen, mocht het comité harde maatregelen gaan nemen. Maar binnen het Kremlin was een boycot van de spelen nog niet aan de orde geweest, liet Poetins woordvoerder Dmitri Peskov een etmaal voor de finale beslissing van het IOC in Lausanne weten. Hoewel Poetin het tot nu toe 'oneens' was geweest met alle besluiten van het IOC en het dopingagentschap WADA zou de Russische president hij tot het laatst zijn kaarten blijven zetten op dialoog met de internationale sportwereld, aldus Peskov.
V.l.n.r. minister van sport Vitali Moetko, vicepremier Dmitri Kozak en dopingcontroleur Grigori Rodtsjenkov. Foto LifeNews.
Toen de IOC een dag later het vonnis velde - alleen 'schone' sporters van onbesproken gedrag zijn onder neutrale vlag in Pyeongchang welkom - volhardde de Russische leiding in die lijn. In de Russische samenleving domineerden na het besluit ongeloof en woede. Vicevoorzitter Pjotr Tolstoi van de Staatsdoema noemde het 'onaanvaardbaar' dat Russische sporters alleen op eigen titel en onder strikte voorwaarden mogen deelnemen. 'Een vernedering van een enorm land', aldus Tolstoj. Maar het Kremlin zelf zweeg toen het bericht uit Lausanne binnenkwam.
Er is echter niet veel verbeeldingskracht voor nodig om te vermoeden dat de stemming in het Kremlin een stuk minder laconiek was dan Peskov deed voorkomen. De dreiging dat de Russische natie door systematisch en van staatswege afgedekt dopinggebruik niet zou kunnen meedoen aan de Winterspelen is namelijk een naargeestiger perspectief dan de voortzetting van de westerse financieel-economische sancties na de annexatie van de Krim (2014) en de inmenging in de Donbas.
Die westerse sancties om Oekraïne zijn weliswaar vervelend, maar kunnen worden afgedaan als pure geopolitiek, waarbij Moskou nu eenmaal opkomt voor de Russische belangen als die door het Westen worden bedreigd. Gedwongen afwezigheid bij de Olympische Spelen is minder eenvoudig te framen. Het uitgangspunt is simpel: waarom zijn wij aan scrupuleus onderzoek onderworpen en andere landen niet? Natuurlijk zullen sommige Russische autoriteiten het IOC ook een 'dubbele moraal' verwijten en daarbij ter illustratie elk dopinggeval in het Westen opvoeren. Maar afgaande op de tot nu toe bekende feiten, die door de regering in Moskou overigens lange tijd zijn betwist, weten dezelfde autoriteiten dat er ook een verschil is tussen Rusland en bijvoorbeeld Duitsland, de Heimat van IOC-voorzitter Thomas Bach. In Rusland was doping in de sport een staatszaak, waarbij zelfs de staatsveiligheidsdienst FSB een rol heeft gespeeld. In de Verenigde Staten en Europa is doping voor zover bekend geen overheidsprogramma. Dat voorzitter Aleksandr Zjoekov van het Russisch Olympisch Comité zich in Lausanne tegenover het IOC openlijk heeft geëxcuseerd voor de 'schending van de dopingreglementen' in Rusland was dan ook een schuldbetekenis zonder precedent, te meer daar de econoom/bankier Zjoekov dicht bij president Poetin staat en als mede-organisator van de Winterspelen in Sotsji meer weet dan een politicus als Tolstoi. Dat de Russische sporters mogelijk tijdens de sluitingsceremonie van van de Winterspelen wel als nationale delegatie onder hun driekleur mogen meelopen, is overigens wel een pleister op de wonde.
Dat uitgerekend Zjoekov dat moest doen, wijst er op dat er nog maar weinig tegenargumenten over waren in de bestrijding van de rapporten waarop het IOC zich baseert.
Het 'sorry' van Zjoekov was vermoedelijk een geste om erger te voorkomen. Een totale uitsluiting van Russische sporters raakt namelijk niet alleen individuele sporters, trainers en bestuurders, maar kan het hele Russische sportbeleid aan het wankelen brengen. En dat aan de vooravond van het jaar 2018, dat met het WK-voetbal in eigen land een sportief jubeljaar in tweevoud zou moeten worden.
Het dopingsysteem in schema van de BBC.
Vitali Moetko bleef zitten
De excuses va Zjoekov markeerden ook een breuk met het beleid tot nu toe. Hoewel president Poetin en en andermaal heeft beloofd om schoon schip te maken, deindse de regering terug voor stappen die zouden kunnen worden uitgelegd als verkapte schuldbekentenis. De autoriteiten in Moskou hebben afgelopen twee jaar juist naarstig hun best gedaan om de betrouwbaarheid van de Russische klokkenluiders, die de onderzoekscommissies van het IOC en het WADA in detail hebben geïnformeerd, in diskrediet te brengen. Steeds maar weer herhaalden zij dat de belangrijkste getuige à charge, voormalig dopingcontroleur Grigori Rodtsjenkov, tot zijn vlucht naar de VS zelf als dealer tot zijn nek in de doping zat. In november zette Moskou hem daarom op een Interpol-lijst en eiste zijn uitlevering. Soms zochten ze hun toevlucht in juridische malligheid, zoals toen de voorzitter van de Russische biatlonbond begin december dreigde om Rodtsjenkov wegens smaad meteen maar bij het Europese Hof voor de Mensenrechten te dagen. Maar door nieuwe getuigenissen en rapporten, onder meer van oud-controleur Vitali Stepanov, werd het steeds moeilijker om glashard te blijven beweren dat doping in de Russische sport slechts een individuele misstand was en géén systematisch van staatswege afgedekt beleid.
Dat is grotendeels de schuld van het Kremlin zelf, omdat het de hoofdrolspelers tot nu toe de hand boven het hoofd heeft gehouden.
Vicepremier Vitali Moetko van Sport werd bijvoorbeeld nimmer geofferd. Voordat hij in oktober 2016 in rang werd gepromoveerd, was hij vanaf 2008 verantwoordelijk sportminister geweest. In 2010 leek hij al te bungelen: Moetko kreeg toen de schuld van de wanprestatie van de vaderlandse sporters bij de Olympische Winterspelen in Vancouver, waar de ijshockeyers al in de kwartfinale werden uitgeschakeld. Rusland eindigde niet eens bij de eerste tien in het medailleklassement.
Na een belofte van beterschap mocht hij blijven. Vier jaar later was Moetko ineens het mannetje, toen de Russische sporters bij de winterspelen in Sotsji wel de meeste plakken binnen haalde.
Wat er in de tussentijd lijkt te zijn gebeurd, is door de Duitse televisiejournalist Hajo Seppelt en later ook door onderzoekscommissies van het IOC en het WADA geopenbaard. Twee belangrijke grondleggers van de dpingcontrole in Rusland - Nikita Kamajev en Vjatseslav Sinjev - overleden aan een hartaanval en konden dus niet meer spreken, voorzover ze dat hadden gewild. Overgelopen getuigen als Rodtsjenkov en Stepanov leverden daarna wel veel gegevens. Daarbij bleef het niet. Er kwam ook uit andere hoeken aanvullend materiaal.
De details van de dopingfraude in Sotsji – compleet met muizengaatjes in de laboratoria, waar onder het toeziend oog van de staatsveiligheidsdienst FSB vuile potjes urine werden verruild voor schone monsters – tartte veler fantasie. Maar het was geen fantasie. Het IOC onderschreef in het najaar van 2017 twee nieuwe rapporten over het Russische dopingbeleid en ontnam Rusland elf in Sotsji behaalde gouden, zilveren en bronzen medailles, waarna het land naar een vierde plaats zakte in de medaillespiegel.
Moetko, die altijd elke betrokkenheid bij het dopingbeleid heeft ontkend, kondigde aan de vooravond van de IOC-vergadering in Lausanne strijdvaardig aan dat hij al die elf plakken via de burgerlijke rechter weer voor Rusland zou heroveren. De minister ondersteunde ook de sociale media-actie #NoRussiaNoGames van een jonge Petersburgse scholier, die met deze hashtag trending werd op Twitter. Moetko riep fans in het hele land op met flashmobs te demonstreren tegen de 'leugen'. Moetko speelde hiermee een klassieke politieke kaart uit, net als Tolstoj: de rest van de wereld is tegen ons in Rusland en dat is oneerlijk.
Maar buiten het zicht van de camera’s en microfoons toonden de sportbonzen zich toch niet zo zeker van hun zaak. Terwijl Moetko in de tegenaanval ging, nog voordat het besluit van het IOC naar buiten was gekmen, werd bekend dat het Russisch Olympisch Comité aan Nike voor de zekerheid alvast had gevraagd om voor de eigen sportlieden toch maar aparte sportkleding te ontwerpen, een neutraler uniform zonder de Russische vlag. Het is deze optie - deelnemen aan de competitie zonder nationale driekleur - die onder de topsporters het meeste aanhang heeft. Voor de meeste Russische atleten zijn de winterspelen dé plek waar ze hun prestaties aan die van de buitenlandse concurrentie kunnen meten. Ze trainden niet jarenlang louter en alleen voor de eer van de natie, ze hebben zich voorbereid op een concrete wedstrijd tegen andere sporters.
Weinig manoeuvreerruimte
Of de atleten gehoor vinden bij de regering in Moskou en het IOC in Lausanne, zal blijken. Twee jaar geleden, toen de Olympische beweging voor het eerst gebukt ging onder de Russische dopingaffaire, was dit compromis mogelijk. Zowel het IOC als Rusland had er belang bij dat schone sporters onder een neutrale vlag zouden kunnen deelnemen.
Nu zal het moeilijker worden om een tussenweg te vinden. Voor de zomerspelen van 2016 in Brazilië kon het Kremlin nog met een geruster hart gokken op het antiwesterse gemoed in een aantal grote sportbonden in de zuidelijke wereld, waar Rusland vaak wordt gezien als een antipode tegen de Verenigde Staten. Coalitiepolitiek bood toen soelaas. Niet alle sportbonden voegden zich toen naar het IOC. De winterspelen worden echter gedomineerd door sportlanden op de noordelijke en westelijke continenten, waar menig sportbestuurder beter weet waar Oekraïne ligt. Dat verschil tussen zomer- en winterspelen beperkte dit keer ook de handelingsvrijheid van IOC-voorzitter Thomas Bach, die tot nu toe veel waarde hechtte aan goede relaties met president Poetin. Twee maanden voor de openingsceremonie in het Zuid-Korea had Bach minder manoeuvreerruimte dan in Rio de Janeiro. De beslissing van het IOC over de winterspelen in Pyeongchang illustreert dat. De concessie dat alleen Russische sporters, die nooit een dopingaffaire op hun kerfstok hebben gehad, op persoonlijke titel moegen meedoen, is volgens Bach en Zjoekov het uiterst haalbare geweest.
Een harde tegenboycot, die volgens Poetins woordvoerder Peskov nog niet ter tafel lag, lijkt dan ook een te doldriest alles-of-niets-alternatief. Want welke sportbonden zouden volgen? Hooguit die van Noord-Korea.
Wereldkampioenschap Voetbal 2018
Het WK-voetbal in Rusland kost ongeveer 10 miljard euro. Dat is vier keer minder dan de totale uitgaven voor de Olympische Winterspelen in Sotsji in 2014. Dit bedrag wordt vooral besteed aan de bouw en renovatie van de stadions.
De wedstrijden worden gespeeld in 12 stadions in 11 steden: Moskou, Sint-Petersburg, Jekaterinburg, Kazan, Nizjni Novgorod, Samara, Volgograd, Sotsji, Kaliningrad, Saransk, Rostov a/d Don.
Voetbalfeest
Maar het blijft niet bij gebrek aan bondgenoten of gedogers, die de Russische delegatie actief of passief te hulp zouden kunnen schieten. Volgend jaar juni en juli komt het WK-voetbal naar Moskou, Sint-Petersburg en negen andere Russische steden. Dat grootste tournooi ter wereld is relevanter dan een handvol langlauf skiërs met een geweer meer of minder in Zuid-Korea.
Weliswaar is de Russische voetbalwereld afgelopen tijd verrast door enkele bezopen dopingaffaires, de internationale voetbalbond FIFA bekommert zich tot nu toe minder om stimulerende middelen in deze sport dan het IOC. Als het aan het Kremlin ligt, moet dat zo blijven tot na de WK-finale van 15 juli 2018 in het Loezjniki-stadion in Moskou.
Of vicepremier Vitali Moetko er die dag ook bij is, is van later zorg. Moetko is nog steeds de ‘curator’ van het voetbaltoernooi, maar als ook de FIFA mild gestemd moet worden, kan hij vrij eenvoudig geslachtofferd worden. De eerste stemmen om hem te ontslaan, weerklonken al onmiddellijk na de belissing van het IOC. Met zijn vertrek zou Poetin ongeschonden kunnen blijven. Dat is geen bijkomstigheid. Want er is tot nu toe maar één relevante man die nadrukkelijk niet wordt genoemd in de rapporten van het IOC: president Poetin zelf.
Voor het Kremlin is de beslissing van het IOC over de winterspelen belangrijk. Maar het voetbaltoernooi is veel belangrijker.