Op 21 maart heeft de politie huiszoeking gedaan bij minstens zes medewerkers van Memorial, de ngo die vorig jaar met Oekraïense en Belarussische mensenrechtenorganisaties de Nobelprijs voor de Vrede heeft gekregen. De huiszoekingen vonden onder meer plaats bij directeur Jan Ratsjinski, mensenrechtenactivist Oleg Orlov en historicus Nikita Petrov, allen al jarenlang aan Memorial verbonden. Na de huiszoekingen werden zij (op Petrov na, die niet in Moskou is) voor verhoor meegenomen. Ook het hoofdkantoor werd doorzocht.
Zo zag het hoofdkantoor van Memorial aan de Moskouse Karetny Rjad er uit na de huiszoeking van 21 maart (foto Memorial)
Op 3 maart opende het Onderzoekscomité van Rusland een zaak tegen Memorial wegens 'rehabilitatie van het nazisme' (artikel 354 van het Wetboek van Strafrecht). Het historische genootschap publiceert al jarenlang lijsten met namen van slachtoffers van het stalinisme. Die lijsten bevatten al miljoenen namen. Nu zouden op die lijsten drie namen zijn aangetroffen van mensen die verdacht worden van collaboratie met de Duitse bezetters in de Tweede Wereldoorlog.
Volgens een advocaat van Memorial worden de medewerkers ervan verdacht 'opzettelijk leugenachtige gegevens' te hebben verspreid over de activiteiten van de USSR in de Tweede Wereldoorlog, waaronder feiten die onomstotelijk zouden zijn vastgesteld door het Tribunaal van Neurenberg. Memorial heeft over de oorlog altijd ondubbelzinnige standpunten ingenomen, gebaseerd op gedegen historisch onderzoek. De Tweede Wereldoorlog is sinds het aantreden van Poetin echter opnieuw een onaantastbaar onderwerp geworden. De weergave van de oorlog is praktisch gekanoniseerd in een nieuwe staatsideologie en onwelgevallige feiten over, bijvoorbeeld, collaboratie van Russen met de Duitsers of kritiek op Stalins oorlogsvoering zijn uit den boze.
Van onschatbare betekenis
Memorial is in 1987 opgericht door Andrej Sacharov en stelde zich ten doel de waarheid over politieke vervolgingen en het stalinisme boven tafel te krijgen. Memorial heeft de afgelopen dertig jaar honderden onderzoeken gepubliceerd en een onschatbaar historisch archief opgebouwd, onder meer met behulp van familieleden van gerepresseerde sovjet-burgers.
Behalve het aanleggen van archieven, een uitgebreide bibliotheek en het geven van lezingen- en collegecycli over het stalinisme organiseerde Memorial ook een jaarlijkse wedstrijd voor middelbare scholieren voor werkstukken over vervolgde familieleden en een indrukwekkende herdenkingsbijeenkomst voor de slachtoffers van het stalinisme, tegenover het hoofdkwartier van de geheime dienst FSB. Tijdens die bijeenkomst op 29 oktober lazen Moskovieten urenlang duizenden namen voor van geëxecuteerde of anderszins vervolgde burgers van de stad. Twee jaar geleden verbood Moskou de bijeenkomst met verwijzing naar anti-covidmaatregelen.
Tijdens de oorlogen in Tsjetsjenië van 1994-1996 en onder Vladimir Poetin werd het genootschap uitgebreid met een mensenrechtenafdeling, die zich richtte op informatieverzameling over oorlogsmisdaden in die oorlogen. Memorial bestaat sindsdien uit een internationale historische tak en een mensenrechtenorganisatie. Daarnaast is het een koepelorganisatie met tientallen locale afdelingen.
Het team van Memorial nam op 10 december 2022 de Nobelprijs voor de Vrede in ontvangst
In 2014 werd Memorial als een van de eerste organisaties tot 'buitenlands agent' verklaard volgens een wet die de afgelopen tien jaar voortdurend is aangescherpt. Alle activiteiten werden onder het vergrootglas gelegd en Memorial was veel tijd kwijt aan juridische windmolengevechten met de overheid.
Op 28 december 2021 verordonneerde het Hooggerechtshof de liquidatie van Memorial, wegens overtreding van de bepalingen van de wet op de buitenlandse agenten. De organisatie raakte ook zijn hoofdkantoor kwijt, maar bleef via de onderafdelingen nog wel bezig met onderzoek. Het sluitstuk van de liquidatie lijkt nu de vervolging van individuele medewerkers van Memorial.
Bronnen: Meduza, OVD-Info. Novaya Gazeta Europe, TASS, Memorial