Een winter vol protesten heeft de Georgische regering niet ten val gebracht. Bijna een half jaar na de betwiste verkiezingen gaan Georgiërs nog altijd dagelijks de straat op, maar het aantal demonstranten neemt af. Ondertussen loodst regeringspartij Georgische Droom ongestoord repressieve wetgeving door het parlement. Daan de Vries over de onttakeling van de Georgische democratie, die zich op alle fronten voortzet.
Een vrouw loopt langs een muurschildering van vlaggen van Georgië en de Europese Unie in het centrum van Tbilisi op 6 maart 2025. Foto: Vano Shlamov / ANP / AFP
De eisen van de demonstranten zijn al ruim vijf maanden onveranderd: er moeten nieuwe, eerlijke parlementsverkiezingen komen, de autoriteiten moeten gearresteerde demonstranten vrijlaten en Georgische Droom moet het toetredingsproces tot de Europese Unie herstellen.
De strategie van Georgische Droom lijkt eveneens dezelfde als eind vorig jaar. Er is geen enkele indicatie dat de partij van plan is aan de eisen van de demonstranten toe te geven. In plaats daarvan zet Georgische Droom erop in dat de protestbeweging uiteindelijk vanzelf zal doodbloeden. Ook voerde de partij de afgelopen maanden nieuwe wetgeving in die onafhankelijke journalistiek, ngo’s en de Georgische oppositie verder aan banden legt.
Sinds het begin van de protesten, afgelopen najaar, zijn honderden demonstranten opgepakt. Volgens de oppositiegezinde nieuwssite Civil Georgia zitten nog zo’n vijftig mensen vast. Onder hen is journalist Mzia Amaglobeli, die in januari werd opgepakt na een demonstratie in Batoemi. Amaglobeli, oprichter van twee online mediakanalen, wordt beschuldigd van het aanvallen van een politieagent. Op dat vergrijp staat een gevangenisstraf van vier tot zeven jaar.
Georgische en internationale mensenrechtenorganisaties, waaronder Amnesty International, hebben opgeroepen tot de onmiddellijke vrijlating van Amaglobeli. De Georgische ngo GYLA omschrijft de rechtszaak tegen Amaglobeli als een politiek proces en heeft een klacht ingediend bij het Europees Hof voor de Rechten van de Mens, waar Georgië als lidstaat van de Raad van Europa onder valt. Na haar arrestatie ging Amaglobeli ruim een maand in hongerstaking.
Veel van de meeste demonstranten die langdurig vastzitten, zijn tussen november en januari gearresteerd. De protesten waren in die periode op hun grootst, evenals de politieinzet. Het grove politiegeweld waarmee de autoriteiten de protestgolf aanvankelijk probeerden te breken, heeft deels plaatsgemaakt voor nieuwe vormen van repressie.
Chinese camera’s met gezichtsherkenningssoftware houden de demonstraties in de gaten, waarna demonstranten hoge boetes krijgen. De bekeuring voor het blokkeren van een weg – de protesten vinden plaats op de straat voor het parlementsgebouw – is eind vorig jaar verhoogd tot vijfduizend lari (1600 euro). Mensen die desondanks de straat op gaan, lopen het risico te worden belaagd door titoesjki, criminelen en hooligans die de protesten in opdracht van de regering met geweld uiteenslaan.
Dagelijkse protesten
De dagelijkse protesten begonnen na de parlementsverkiezingen van 26 oktober 2024. De oppositie, gesteund door de bevindingen van onafhankelijke waarnemers, beschuldigde Georgische Droom van stembusfraude en weigerde de uitslag van de verkiezingen te erkennen. Nog altijd boycot de oppositie het huidige parlement, waardoor een op de drie zetels leeg is.
Een maand later kregen de demonstraties een nieuwe impuls, toen premier Irakli Kobachidze aankondigde dat Georgië zijn pogingen om toe te treden tot de EU zou uitstellen tot 2028. Dit tot woede van de overgrote meerderheid van de Georgische bevolking, waarvan zo’n 80 procent voorstander is van EU-lidmaatschap.
De protestbeweging is niet verbonden aan een specifieke oppositiepartij. Het decentrale karakter van de beweging maakt het voor Georgische Droom moeilijk om definitief met de demonstraties af te rekenen. Tegelijkertijd slagen de demonstranten er niet in een vuist te maken tegen de regering. Het resultaat is een patstelling die al bijna een half jaar voortduurt.
Weerloze oppositie
De oppositie lijkt weerloos tegen het steeds dictatorialere bewind van Georgische Droom. De pro-westerse partijen zijn onderling verdeeld, ondanks pogingen van Salome Zoerabisjvili om de partijen te bundelen in één oppositiebeweging. Hoewel haar termijn als president in december afliep, beschouwen regeringscritici de 73-jarige Zoerabisjvili nog altijd als de legitieme president van Georgië.
Een door Georgische Droom gecontroleerd kiescollege wees oud-voetballer Micheïl Kavelasjvili op 14 december aan als Zoerabisjvili’s opvolger. Door een grondwetswijziging, ingevoerd door Georgische Droom, werd de Georgische president voor het eerst niet direct door de bevolking gekozen. Het kiescollege bestaat uit honderdvijftig lokale bestuurders en de leden van het Georgische parlement, dat door de oppositie niet wordt erkend. Vanwege die samenstelling beschouwt de oppositie ook Kavelasjvili’s aanstelling als illegitiem.
Voormalig president van Georgië Salome Zoerabisjvili woont een anti-regeringsbijeenkomst bij voor het parlementsgebouw in Tbilisi, 31 maart 2025. Foto: Vano Shlamov / ANP / AFP
De laatste maanden wordt de oppositie verscheurd door een nieuw dilemma: moeten oppositiepartijen in oktober wel of niet meedoen met de lokale verkiezingen? Een deel van de oppositie wil de verkiezingen boycotten, omdat hun deelname de verkiezingen – en daarmee het regime van Georgische Droom – een air van geloofwaardigheid zou geven.
Anderen zien de verkiezingen juist als een kans om het op lokaal niveau tegen Georgische Droom op te nemen en kiezers een alternatief te bieden. Liever meedoen aan oneerlijke verkiezingen, dan de regeringspartij bij voorbaat de overwinning te gunnen, is de gedachte.
Oppositiepolitici die besluiten om deel te nemen wacht vermoedelijk een zware strijd, omdat Georgische Droom met zijn parlementaire meerderheid zelf de spelregels kan aanpassen. Eind vorig jaar bracht de regering nog enkele wijzigingen aan in de kieswet, die het volgens verkiezingswaakhond ISFED makkelijker maken voor Georgische Droom om aan de macht te blijven.
Internationale reactie
Dat Georgische Droom almaar verder afdrijft van een pro-Europese koers, heeft ook financiële gevolgen. De Verenigde Staten en verschillende Europese landen hebben steunprogramma’s aan Georgië gekort of ingetrokken. Westerse landen hebben sancties uitgevaardigd tegen meer dan honderd regeringsgezinde politici en inlichtingenofficieren. In maart breidde het Amerikaanse Congres, met steun van zowel Republikeinse als Democratische Congresleden, de sancties tegen Georgische Droom uit.
Twee strafmaatregelen zijn vooralsnog uitgebleven: het intrekken van de EU-kandidaatstatus en het afschaffen van de mogelijkheid voor Georgiërs om visumvrij naar de Schengenzone te reizen. De kans is aanwezig dat Georgische Droom juist zou profiteren van dergelijke maatregelen: ze zouden de afstand van Georgiërs tot de EU vergroten en de regeringspartij kan het Westen daarvan de schuld geven.
Waar Georgische Droom afstand neemt van Brussel, zoekt de partij toenadering tot Europese en Amerikaanse geestverwanten. Georgische Droom onderhoudt nauwe contacten met Viktor Orbán en Robert Fico, de premiers van Hongarije en Slowakije. Premier Kobachidze heeft Donald Trumps pogingen om vrede in Oekraïne te forceren geprezen, evenals zijn besluit om hulporganisatie USAID te onttakelen.
Partijverbod
Terwijl de regeringskritische oppositie op zoek is naar de juiste strategie, treft Georgische Droom voorbereidingen om een groot deel van die oppositie definitief de nek om te draaien. De regeringspartij heeft de aanval geopend op de Verenigde Nationale Beweging (UNM), de partij van oud-president Micheïl Saakasjvili.
Volgens prominente leden van Georgische Droom is UNM lid van de ‘mondiale oorlogspartij’, een door Georgische Droom gecreëerde complottheorie over een organisatie die Georgië, Oekraïne, de VS en de EU in haar greep zou hebben. De ‘mondiale oorlogspartij’ zou ten doel hebben om de oorlog in Oekraïne te verlengen en in landen als Georgië een tweede front te openen. De theorie is de afgelopen jaren verspreid door onder anderen premier Irakli Kobachidze en partijoprichter en oligarch Bidzina Ivanisjvili.
Het idee dat de pro-Europese oppositie in werkelijkheid één geheel is, een ‘collectieve UNM’, past bij het steeds radicalere complotdenken dat Georgische Droom verspreidt. Concreet beschuldigt Georgische Droom oud-president Saakasjvili en zijn partij van machtsmisbruik in de periode 2003 tot 2012, toen UNM aan de macht was. Saakasjvili zelf zit al ruim drie jaar onder erbarmelijke omstandigheden in de gevangenis, na een veroordeling wegens vermeend machtsmisbruik.
In maart kreeg de oud-president twee nieuwe gevangenisstraffen opgelegd: 9 jaar wegens verduistering en nog eens 4,5 jaar omdat hij in 2021 illegaal Georgië zou zijn binnengekomen. In dat jaar keerde Saakasjvili terug naar zijn geboorteland na een jarenlang verblijf in Oekraïne, waar hij onder meer gouverneur was van Odesa. Na zijn terugkeer wilde hij het bij de lokale verkiezingen opnemen tegen Georgische Droom, maar hij werd al snel gearresteerd.
Georgische Droom heeft een parlementaire commissie opdracht gegeven om onderzoek te doen naar de periode dat UNM aan de macht was. Dat onderzoek moet leiden tot een partijverbod van ‘UNM en haar satellietpartijen’, aldus Georgische Droom-fractievoorzitter Mamoeka Mdinaradze.
In afwachting van het onderzoek heeft Mdinaradzes fractie een wetsvoorstel ingediend dat ook ‘opvolgerpartijen’ moet verbieden. De wet moet voorkomen dat oppositiepolitici na een partijverbod direct een nieuwe beweging oprichten. Gevreesd wordt dat een eventueel verbod niet alleen UNM zal treffen, aangezien Georgische Droom alle vier de oppositieblokken die bij de afgelopen verkiezingen zetels hebben behaald omschrijft als ‘de collectieve UNM’.
De verwachting is dat Georgische Droom het partijverbod pas na de lokale verkiezingen van oktober zal instellen, om eventuele antiregeringsprotesten in aanloop naar de verkiezingen geen brandstof te geven. Bovendien maakt het voor de stembusgang weinig uit of UNM en andere oppositiepartijen verboden zijn, als een deel van die partijen toch overweegt de verkiezingen te boycotten.
Repressieve wetgeving
Om de greep op de macht verder te bestendigen, onderwerpt Georgische Droom ook ngo’s en onafhankelijke media aan steeds repressievere wetgeving. Vorige maand nam het Georgische parlement een nieuwe versie aan van de zogenoemde buitenlandse agentwet, waarmee Georgische Droom naar Russisch voorbeeld de macht van het maatschappelijk middenveld aan banden legt. De invoering van deze wet leidde vorig jaar tot grootschalige protesten.
Volgens Georgische Droom was een herziene buitenlandse agentwet noodzakelijk, omdat veel organisaties weigerden zich aan die wet te houden. De wet schrijft voor dat organisaties die minimaal 20 procent van hun financiering uit het buitenland ontvangen, zich moeten registreren als ‘buitenlandse agent’. De regering kan geregistreerde organisaties vervolgens onder verscherpt toezicht stellen en andere beperkingen opleggen.
Met behulp van een nieuwe wet, ditmaal gebaseerd op een Amerikaanse wet uit 1938, wil Georgische Droom de greep op ngo’s en mediaorganisaties verder vergroten. Anders dan de vorige buitenlandse agentwet, kunnen onder de nieuwe wet ook individuen tot buitenlandse agent worden verklaard.
De wet definieert elke organisatie of persoon die ‘onder controle staat van of handelt in het belang van een buitenlandse mogendheid’ als buitenlands agent. Organisaties of personen die zich niet aan de wet houden, riskeren een gevangenisstraf tot vijf jaar of een boete van omgerekend ruim drieduizend euro.
In de Verenigde Staten wordt de wet, die vlak voor de Tweede Wereldoorlog werd ingevoerd om de invloed uit nazi-Duitsland en de Sovjet-Unie te beteugelen, zelden ingezet. De Amerikaanse wet is niet bedoeld om ngo’s en kritische media aan banden te leggen, maar om buitenlandse spionage tegen te gaan.
In het kielzog van de ‘Amerikaanse wet’ voerde Georgische Droom ook twee wetten in die de persvrijheid verder beteugelen. De eerste geeft de regering het recht om toe te zien op de programmering van televisiezenders, de tweede verbiedt de buitenlandse financiering van televisiezenders. Gevreesd wordt dat een vergelijkbaar wetsvoorstel voor online media zal volgen.
Onttakeling democratie
Al bijna een half jaar kan Georgische Droom dit soort wetgeving ongestoord door het parlement loodsen. Na de frauduleuze parlementsverkiezingen van afgelopen najaar beschikt de partij over een comfortabele meerderheid in een parlement waar door de oppositieboycot bovendien geen tegengeluid te horen is.
In februari schreef Georgië-kenner Jelger Groeneveld op deze plek al hoe Georgische Droom ‘een dictatoriaal bestuur in de steigers’ zet. Sindsdien heeft de regering de onttakeling van de Georgische democratie op alle fronten voortgezet, schijnbaar ongestoord door straatprotesten en westerse sancties.
Weinig wijst erop dat daar het komende half jaar verandering in zal komen. Georgische Droom creëert omstandigheden die een overwinning bij de lokale verkiezingen in oktober onvermijdelijk maken. Daarna hoopt de regering met een breed partijverbod definitief af te rekenen met de pro-Europese oppositie.
Help ons om RAAM voort te zetten
Met uw giften kunnen wij auteurs betalen, onderzoek doen en kennisplatform RAAM verder uitbouwen tot hét centrum van expertise in Nederland over Rusland, Oekraïne en Belarus.