In gastvrij Moldova neemt de steun voor Oekraïense vluchtelingen af

Moldova kraakt onder de toestroom van vluchtelingen uit het buurland Oekraïne. Werden ze aanvankelijk gastvrij ontvangen, na 2,5 jaar begint die gastvrijheid barsten te vertonen. Werk, huisvesting en inkomen zijn een probleem, Rusland scoort met  desinformatie onder de Moldaviërs en het land worstelt met gestegen gas- en huizenprijzen, zag Dénis van Vliet in de hoofdstad Chişinǎu. Sommigen trekken door naar West-Europa.

Moldova vluchtelingenDe Oekraïense Olesia Spitsjeva (links) vluchtte met haar moeder en twee zussen aanvankelijk naar Moldova, maar woont nu in Nederland (foto Dénis van Vliet)

door Dénis van Vliet

We moeten weg hier, dat was de eerste gedachte van Olesia Spitsjeva toen Rusland op 24 februari 2022 Oekraïne binnenviel. Ze woonde op de dag van de grootschalige Russische invasie met haar twee zussen en hun aan een rolstoel gekluisterde moeder in Kyiv, in een sovjetflat zonder lift in een buitenwijk ten oosten van de Dnepr.

Na een slopende reis van bijna 48 uur bereikten ze de west-Oekraïense stad Lviv. Hun doel was door te reizen naar het veilige Polen. Vanwege de inmiddels ellenlange rijen bij de Oekraïens-Poolse grens besloot Spitsjeva haar plan om te gooien en met haar familie naar Moldova te vluchten.

Ze waren niet de enigen. In de eerste weken van de oorlog vluchtten 100.000 Oekraïners naar het drie miljoen inwoners tellende Moldova, dat ongeveer net zo groot is als België en zit ingeklemd tussen Roemenië en Oekraïne.

Momenteel verblijven in het niet-EU-land zo’n 110.000 Oekraïners, ‘slechts’ 10.000 meer dan tweeënhalf jaar geleden. Dat is, gezien de bevolkingsomvang, een ongekend groot aantal. Ter vergelijking: Nederland (18 miljoen inwoners) vangt ongeveer hetzelfde aantal Oekraïners op.

Wie puur naar de cijfers kijkt, zou denken dat Moldova de grootste vluchtelingenstroom in de eerste oorlogsweken kreeg te verduren. Maar dat ligt anders: volgens de vluchtelingenorganisatie van de Verenigde Naties UNHCR hebben sinds het begin van de oorlog in totaal ruim een miljoen Oekraïners een voet op Moldavische bodem gezet.

Sommigen bleven, anderen keerden terug en voor weer anderen was Moldova een 'transitland' om in de Europese Unie of nog verder te geraken. Anders gezegd: het arme land is al tweeënhalf jaar lang een druk knooppunt voor vluchtelingen uit Oekraïne.

Kleurpotloden

Wie daar alles van weet, is Alexandru Coica, directeur van de Moldavische tak van HIAS. De hulporganisatie werd ooit opgericht om Joden te helpen ontsnappen aan pogroms en zet zich tegenwoordig in voor vluchtelingen van over de hele wereld.

In zijn kantoor in de Moldavische hoofdstad Chişinǎu vertelt Coica over wat hij sinds de oorlog aan leed voorbij heeft zien komen. Van een oma die met haar kleinkinderen hun intrek had genomen in een bouwval zonder stromend water tot kinderen die voor het eerst sinds maanden weer kleurpotloden in hun handen hadden.

Hulp blijft nodig omdat er steeds weer nieuwe vluchtelingen bijkomen, benadrukt Coica. ‘Het aantal bij de overheid bekende vluchtelingen van 110.000 is weliswaar redelijk stabiel, maar dat zegt weinig over de hulpvraag. Toen Rusland laatst een offensief begon bij Charkiv, zagen we opeens een piek van vluchtelingen uit die regio. Voor die mensen moet dan in allerijl opvang worden geregeld, ook als ze maar een paar dagen in Moldova blijven.'

De opvang heeft Moldova, dat tot aan de oorlog in Oekraïne nauwelijks had te maken met vluchtelingen, grotendeels uitbesteed aan hulporganisaties. Zij krijgen hun geld van de Moldavische overheid, maar ook van de Europese Unie en particuliere donoren. Iedere organisatie heeft zijn eigen plek in het systeem: de een is belast met huisvesting, de andere met medische zorg. HIAS staat de vluchtelingen onder meer bij op psychologisch gebied.

Moldova Chernomorka Het filiaal van visrestaurant Chernomorka in het centrum van Chişinǎu.

Tot zijn spijt ziet Coica dat steeds meer collega-hulporganisaties het land de rug toekeren, veelal omdat ze door hun geld heen zijn. ‘Het grote probleem is dat niemand weet wat nog staat te gebeuren’, verzucht Coica. ‘Mocht Oekraïne in de winter helemaal zonder stroom komen te zitten, dan komt er geheid weer een grote vluchtelingenstroom op gang. Het is belangrijk dat die mensen dan direct kunnen worden geholpen.’

Russisch sentiment

De pro-Europese Moldavische president Maia Sandu zei al op de dag van de invasie iedereen te helpen die steun en hulp nodig heeft. In heel het land ontstonden spontane hulpacties om de vluchtende buren van de eerste levensbehoeften te voorzien. 

Maar nu, na tweeënhalf jaar oorlog, wankelt het draagvlak voor de opvang van Oekraïners, en dat heeft verschillende redenen. Enerzijds komt dat doordat een niet onaanzienlijke minderheid relatief vatbaar is voor Russische desinformatie. In het voorjaar van 2023 ging bijvoorbeeld een video viraal waarin werd beweerd dat Oekraïense vluchtelingen maandelijks 7.000 Moldavische leu krijgen, ofwel zo’n 366 euro. Dat is bijna evenveel als een gemiddeld maandsalaris in Moldova. 

In werkelijkheid is de hoogte van het leefgeld maar 2.000 Moldavische leu per maand - net iets meer dan 100 euro dus. Het geld komt bovendien niet uit de begroting van Moldova, maar uit die van de UNHCR. Een vetpot is die vergoeding niet: 7 op de 10 Oekraïners in Moldova hadden in het voorjaar van 2023, toen het filmpje opdook, juist de grootste moeite om  rond te komen. 

Factcheckers ontdekten al snel dat de video de wereld in is geslingerd door een berucht nepnieuwsaccount dat ook geregeld ‘reclame’ maakt voor Ilan Shor. Dat is een Moldavische oligarch die in eigen land bij verstek is veroordeeld tot 15 jaar cel vanwege een miljardenfraudeschandaal.

Zijn pro-Russische Shor-partij is sinds vorig jaar verboden, maar vanuit Israël en Rusland probeert hij nog altijd de boel in Moldova te ontregelen. Bijvoorbeeld in de autonome miniregio Gagaoezië, waar hij vorig jaar veel geld stak in de campagne van een pro-Russische kandidate die uiteindelijk de strijd om het gouverneurschap won.

GagauziaIn de regio Gagaoezië in Moldova won een pro-Russische gouverneur de verkiezingen 

Stijgende huizenprijzen

Een andere reden voor het afbrokkelende draagvlak is dat Moldaviërs de gevolgen van de Russische oorlog in hun portemonnee voelen. Moldova werd van een emigratieland een immigratieland en dat vertaalde zich in een stijging van de huizenprijzen, soms wel met tientallen procenten en dan vooral in Chişinǎu. Ilie Sopivnik van makelaardij Imbolius ziet niet gebeuren dat de prijzen weer omlaag gaan. 'We moeten er aan wennen dat dit de nieuwe realiteit is', zei hij tegenover het onafhankelijke nieuwsmedium Newsmaker.

Dat komt niet alleen omdat Oekraïners zich op de woningmarkt hebben gestort, maar vooral ook door ‘terugkeerders’: Moldaviërs die voorheen in Oekraïne of Rusland werkten en vanwege de oorlog naar huis zijn teruggekeerd. Door de gestegen vraag loont het ook voor beleggers een flat te kopen en die tegen stevige prijzen in de verhuur te gooien.

Wat betreft de Oekraïners: veel andere keuze dan een flat huren of kopen hebben ze niet. Het land telt 35 sobere opvangcentra, maar de Moldavische regering wil die geleidelijk sluiten. De sluiting wordt verkocht onder het mom dat het goed voor de integratie is als de nieuwkomers tussen gewone Moldaviërs gaan wonen. Oekraïners die krap bij kas zitten, kunnen bij de overheid aankloppen voor huursubsidie.

De kentering in het denken over Oekraïne is ook terug te zien in cijfers. Opiniepeilingen onder Moldaviërs, uitgevoerd door het Britse onderzoeksinstituut IPPR (Institute for Public Policy Research), wijzen uit dat gaandeweg de oorlog de sympathie voor Rusland toenam. 

In november 2022 kregen 1.200 Moldaviërs de vraag voorgelegd wie aan de goede kant staat in de oorlog. 36,2 procent antwoordde Oekraïne, 21,9% Rusland en de rest wist het niet of hield er een andere mening op na. Een klein jaar later waren de cijfers nog steeds in het voordeel van Oekraïne, maar minder dan eerst: 33,9 procent noemde Oekraïne de goede kant, 25,1% Rusland. Recentere cijfers zijn er niet.

Gaskraan dicht

Coica wijst op nog een ander gevaar dat de Moldavische steun aan Oekraïne, en dus ook die aan Oekraïense vluchtelingen, kan ondermijnen: gas. Moldova betrok jarenlang zijn gas uit Rusland, maar vanwege de pro-Europese houding van de regering-Sandu draaiden de Russen de gaskraan naar Moldova vorig jaar grotendeels dicht.

Moldova opiniepeiling oekr vluchtelingen

Veel Moldaviërs zien Oekraïne nog altijd als de ‘goede kant’ in de oorlog, maar gaandeweg de oorlog nam de steun voor Rusland toe.

Transnistrië, het pro-Russische ministaatje in het oosten van Moldova dat zichzelf in 1990 onafhankelijk verklaarde, kan nog wel rekenen op spotgoedkoop gas uit Rusland. De vraag is echter, hoe lang nog.

Oekraïne wil vanwege de oorlog niet meer dienen als transporteur van goedkoop Russisch gas richting Transnistrië. De doorvoer stopt waarschijnlijk eind dit jaar, en dat betekent dat Moldova ook duur Europees gas moet inkopen voor de 330.000 inwoners in het afvallige dwergstaatje. Het gevolg: nóg hogere gasprijzen in het land.

Moldaviërs buiten Transnistrië zagen hun gasrekening afgelopen winter al stijgen, maar tot teleurstelling van het Kremlin leidde dat niet tot noemenswaardige anti-regeringsprotesten. ‘Zonder een politiek standpunt in te willen nemen: een verdere stijging van de gasprijs komt de steun aan Oekraïne niet ten goede. Het Kremlin zal het spinnen als: zie je wel, Oekraïne wil geen goedkoop gas voor Moldova', zegt Coica.

Werk zat maar geen kinderopvang

Coica is redelijk tevreden over hoe de voor Moldova ongekend grote vluchtelingencrisis tot nu toe is aangepakt. Volgens hem staat zijn land nu voor de vraag: hoe verder? Oekraïners in Moldova vallen onder een regeling die vergelijkbaar is met de Richtlijn Tijdelijke Bescherming (RTB) bij ons. Dat betekent onder meer dat ze meteen aan het werk mogen bij binnenkomst.

Maar juist met het vinden van werk hebben de blijvers grote moeite, blijkt uit een rapport van de UNHCR uit 2023. In zekere zin is dat vreemd: want hoewel de officiële administratieve taal van Moldova Roemeens is, speelt het Russisch informeel een hele grote rol: 80 procent van de Moldaviërs spreekt beide talen. Aangezien ook veel Oekraïners nog altijd het Russisch machtig zijn, zeker die zijn gevlucht uit het oosten van het land, zou geen sprake moeten zijn van een taalbarrière.

Wat er dan wel aan de hand is? ‘Van elke 100 Oekraïense vluchtelingen zijn er 81 vrouw’, legt Coica uit. ‘Ze zijn vaak met hun kinderen naar Moldova gevlucht. De meesten willen graag aan het werk, dat is het punt niet. Werk is er ook genoeg, vooral in de zorg en de vrijetijdssector. Maar het ontbreekt simpelweg aan kinderopvang. Dat zijn echt dingen die beter moeten.’

Niettemin zijn er tal van Oekraïners die er zonder hulp in zijn geslaagd een nieuw bestaan op te bouwen in Moldova. Een aansprekend voorbeeld is dat van Olha Kopylova, die in Oekraïne onder de naam Chernomorka (‘Zwarte Zee’) een keten van visrestaurants opzette.

Vanwege de oorlog vluchtte ze naar Moldova, waar ze haar imperium verder uitbreidde. De eerste Moldavische Chernomorka opende in de zomer van 2022 en telt inmiddels drie vestigingen in het land: twee in Chişinǎu en een in de 135 kilometer noordelijker gelegen stad Bălți.

Wie op een gewone zaterdagavond een tafeltje wil bemachtigen bij de vestiging in hartje Chişinǎu, moet geluk hebben of lang van tevoren hebben gereserveerd. Serveersters lopen af en aan met grote borden oesters, soep en tagliatelle met visragout. Veel van de werknemers bij de Moldavische vestigingen zijn Oekraïners.

Volgens het onafhankelijke journalistieke platform Anticoruptie zijn tussen 24 februari 2022 en het laatste kwartaal van 2023 zo’n 220 Oekraïners een bedrijf begonnen in Moldova. Het leverde de Moldavische schatkist zo’n 1,8 miljard Moldavische leu op (€94 mln).

Hartelijke ontvangst 

Terug naar Olesia Spitsjeva uit het begin van dit verhaal. Zij ervoer de hulp van de Moldaviërs in eerste instantie als hartelijk. Na het oversteken van de Oekraïens-Moldavische grens stonden autobussen klaar om de vluchtelingen naar de hoofdstad te brengen. Wie dat wilde, werd van onderdak voorzien.

Spitsjeva en haar familie kozen ervoor met een taxi door te reizen naar het zuidelijke stadje Vulcăneșt in Gagaoezië, waar ze kennissen hebben wonen die ze nog kennen uit de Sovjettijd. Over hen niets dan goeds. ‘Ze hebben ons goed opgevangen en van eten voorzien, ondanks hun eigen beperkte middelen.’

Het ongemakkelijke gevoel kwam toen zij en haar zussen zich in het openbare leven begaven. Ze proefden onder de bewoners van de regio, die, zoals gemeld, onder een pro-Russisch bestuur staat, een anti-Oekraïense sfeer. Was het misschien niet Oekraïne zelf die zijn eigen steden bombardeerde? ‘Eigenlijk neem ik het die mensen niet eens kwalijk', zegt Spitsjeva. ‘Het zijn de Russen die dit soort verhalen de wereld in helpen. Maar daardoor verdween wel dat gevoel van welkom zijn.’

Spitsjeva week daarom na een aantal weken met haar moeder en zussen uit naar Nederland. Ze wonen nu in Tilburg. Hun moeder overleed vorig jaar zomer.