Dictator Poetin wil eeuwig leven

Tijdens een recent bezoek aan China spraken Vladimir Poetin en Xi Jinping onder andere met elkaar over het eeuwige leven. Het gesprek werd 'per ongeluk' opgenomen met een microfoon die nog aanstond, maar volgens cultuurcriticus Andrej Archangelski was het geen toeval. Het voorval verraadt hoezeer Poetin zich gedraagt als een klassieke dictator, een observatie die ook in de nieuwe film The Wizard of the Kremlin terugkomt. De leider steekt zijn minachting voor anderen niet onder stoelen of banken.

ANP 536625774 2
Vladimir Poetin tijdens een vergadering met zijn regering. Foto: Vyacheslav Prokofyev / ANP / AFP

De release van de film The Wizard of the Kremlin over de politieke loopbaan van Poetin, naar het scenario van Olivier Assayas en Emmanuel Carrère, die vertoond werd op het Filmfestival van Venetië, viel vrijwel samen met een ‘open microfoon-incident’. Het ‘toevallige gesprek’ tussen Xi Jinping en Poetin tijdens hun ontmoeting in Beijing belandde al snel in de media. Ze bespraken de kansen om honderdvijftig jaar oud te worden, en dat zeventig jaar tegenwoordig zowat doorging voor de ‘leeftijd van een kind’. Persoonlijk geloof ik dat dit ‘incident’ in scène is gezet, zodat iedereen kon horen waar de dictators over nadenken. Ze willen eeuwig blijven leven en regeren. Althans, bijna eeuwig.

In de film The Wizard of the Kremlin zit een element waaraan vrijwel alle filmcritici aandacht hebben besteed. Poetin, gespeeld door de Britse acteur Jude Law, komt op het scherm over als een mechanische persoonlijkheid die van gevoel is verstoken. Dat gebeurt ondanks het manipulatieve gedrag van de Russische president in de film, en zelfs ondanks het hemdloos poseren tijdens het paardrijden. De filmkunst heeft ons bijgebracht dat het kwaad zijn eigen charme heeft. In 2010 verscheen van regisseur Assayas de miniserie Carlos, over de internationale terrorist Carlos Sanchez. Hoewel het om een misdadiger gaat, is hier in ieder geval sprake van een passie: het marxistisch populisme (‘de strijd tegen het internationaal grootkapitaal’), en van revolutionair drama.

Journalist en cultureel columnist
Andrej Archangelski is journalist, columnist en cultuurcriticus, gespecialiseerd in Russische media.

De minachting van Poetin

Poetin heeft geen diepzinnige ideeën, is een matig spreker, en heeft geen ervaring met politieke strijd. De filmheld heeft derhalve geen charme en ook maakt hij geen ontwikkeling door: hij is geen round character waar de critici zo dol op zijn. Jude Law speelt Poetin bewust ‘ongeschminkt’, zonder charme, zonder empathie. Dat is trouwens een lastige opgave voor een acteur, niet alle kijkers kunnen dat waarderen. De enige kleur die Law in zijn portret van Poetin aanbrengt is die van de laatdunkendheid - zijn kille minachting voor mensen. Zijn blik glijdt voortdurend langs zijn gesprekspartners, hij kijkt ze vrijwel niet aan, zelfs als hij ze de hand drukt. Alsof de rest van de wereld voor hem niet bestaat.

Poetin heeft geen diepzinnige ideeën, is een matig spreker, en heeft geen ervaring met politieke strijd

Poetin minacht de rest van de mensheid – bijna zoals in de ‘meester-knechtdialectiek’ van Hegel. Zijn minachting voor mensen is het meest typerende element in de film. Normaal gesproken horen dictators geliefd te zijn om hun felle redevoeringen, temperament, of zelfs om hun bezetenheid. Maar twee van de mensen die in de afgelopen honderd jaar over een maximale, absolute staatsmacht beschikten, behoren tot het karaktertype van de ‘grijze persoonlijkheid’. Een onopvallend mens. Dat geldt voor Poetin, dat gold voor Stalin. Met hen vergeleken waren Chroesjtsjov, Brezjnev, Gorbatsjov en Jeltsin levendige individuen met uitgesproken karaktertrekken. Maar zoals de socioloog Pierre Bourdieu schreef, was het juist die trek, onopvallendheid, die Stalin heeft geholpen de strijd tegen Boecharin, Zinovjev en Trotski te winnen. Stalin leek er eentje van dertien in een dozijn, reden waarom zijn concurrenten hem niet serieus namen. Zowel Poetin als Stalin maakten ‘stilzwijgend’ carrière.

Een fenomeen dat moeilijk uit te leggen is: waarom zijn mensen dol op leiders die hen minachten? Hiervoor zijn op zijn minst twee verklaringen: een politieke en een filosofische (die in zekere opzicht elkaar overlappen).

Populisme

De politieke verklaring is als volgt: globaal genomen heeft Poetin in de vijfentwintig jaar van zijn regering maar twee politieke maskers opgezet, en beide vertegenwoordigen varianten van het populisme. Het eerste was: ‘orde’. Dat was het parool toen hij in 2000 van Jeltsin de macht in handen kreeg, en dat bleef zo tot 2014, toen hij de Krim annexeerde. Die roep om orde valt te verklaren: Russen waren de turbulente omwentelingen van de jaren tachtig en negentig moe. Maar na 2014 werd ‘wraak’ het parool. In nauwe zin: wraak op Oekraïne om zijn onafhankelijkheidsstreven. In ruimere zin: wraak op het Westen en de rest van de wereld.

Waar nemen Poetin en zijn regime wraak op? Dat valt al moeilijker uit te leggen. Wraaklust is een irrationeel gevoel. Maar dit was nu uitgerekend het gevoel dat in Rusland (en daar niet alleen) correspondeerde met het onderbewustzijn van de massa. Dit wraakgevoel wortelt in het Russische sadisme en in trauma’s. Wraak compenseert persoonlijk falen. Het is ons niet gelukt in vrijheid te leven, een humane samenleving op te bouwen, om het privé beter voor elkaar te krijgen. Daarom hebben wij Russen besloten dat we het voor de rest van de wereld gaan verpesten. In de politiek werkt negatieve energie effectiever dan positieve leuzen. Wraak vereist niet dat je aan jezelf werkt, het eist de vernietiging van de Ander. Alle dictatoriale regimes drijven op deze negatieve energie. Het is een machtige politieke motor: alle rechtse partijen baseren zich op haat, niet op liefde.

De filosofische verklaring: Tijdens tumultueuze omwentelingen grijpen mensen terug op oude instincten, waarmee ze vertrouwd waren geraakt in de vele millennia voordat de democratie bestond. Op zoek naar redding wendt men zich tot oeroude praktijken. Hierover heeft de Roemeense historicus Mircea Eliade interessante dingen geschreven. In vroeger tijden, toen de mens de natuurwetten niet kon verklaren, maakte hij van de natuur zijn religie. Zon of hemel fungeerden als eerste goden: men bad hen om bescherming van de oogst tegen orkaan of droogte. De functie van stamhoofd in dergelijke maatschappijen was die van bemiddelaar tussen hemel en aardbewoners. Dat is tevens het portret van de dictator in de 21e eeuw: een bemiddelaar tussen hemel en aardbewoners. Dat geldt zowel voor Poetin als voor Xi Jinping, en uiteraard voor Kim Jong-un.

In de film oogt Poetin als het kwaad zonder meer, zonder enige reflectie

De afwezigheid van empathie bij leiders roept bij mensen herinneringen op aan de onbewogen almacht van de natuur zelf. Als de natuur orkanen of droogte zendt, doet het geen goed of kwaad in menselijke zin. De natuur kent geen ethiek, maar wij klagen haar dan ook niet op morele gronden aan. De immoraliteit van de leider-populist is slechts een afspiegeling van de onbewogenheid van de natuur zelf. Dat is het antwoord op de vraag: waarom zijn mensen in onze tijd zo dol op dictators? Niet uit liefde, maar in de eerste plaats uit angst. Angst voor de toekomst. Periodes van geestdrift en scepsis wisselen elkaar in de geschiedenis van de mensheid af als seizoenen in de natuur. In moeilijke tijden maken politieke instellingen (die welbeschouwd nog maar zo’n twee-driehonderd jaar bestaan) plaats voor een terugkerend geloof in irrationele krachten. De liefde voor dictators in de 21e eeuw is simpelweg een teken dat archaïsche samenlevingsvormen hun comeback maken. Het archaïsche als afweer tegen vooruitgang en stress. De dictator belichaamt in zulke tijden de natuur: hij kan genadig zijn, hij kan ook straffen. In de film The Wizard of the Kremlin oogt Poetin als het kwaad zonder meer, zonder enige reflectie.

Vladimir Putin and Xi Jinping met in Beijing on September 3, 2025. Photo: Alexander Kazakov / POOL / AFP / ANPVladimir Poetin tijdens een vergadering met zijn regering. Foto: Vyacheslav Prokofyev / ANP / AFP

Waarom willen dictators eeuwig leven?

Afgezien van het gewone overlevingsinstinct dat elk mens eigen is, werkt macht zeer verslavend. In 2015 had ik een gesprek met Michail Gorbatsjov, aan wie onze generatie haar vrijheid te danken had. Ik vroeg hem:

- ‘Hoelang kan men een hoogste post bekleden zonder gek te worden, zonder de proporties uit het oog te verliezen?’
- ‘Twee termijnen. Van vier of vijf jaar.  Maar niet meer dan twee.’
- ‘Wat gebeurt er dan met iemand? Waarom absoluut niet langer?’
- ‘Omdat het zich almaar opstapelt [leugen en bedrog, Andrei Archangelski]. Omringd door hielenlikkers. Wie je ook was, het stapelt zich op. Je moet bijtijds vertrekken. Dat is blijkbaar het belangrijkste.

Подхалим [hielenlikker] is het Russische woord voor een kruiperige, achterbakse leugenaar. Een ondergeschikte die bewust zijn baas voorliegt en dat tot een kunst verheft. Als een dictator 25 jaar aan de macht is, worden bedrog, leugens en vleierij een allesoverheersend verschijnsel. De dictator wordt voorgelogen, onder meer over een pilletje tegen het sterven, en over de aardbei van de eeuwige jeugd. Op zijn beurt krijgt de dictator zelf uiteindelijk een verwrongen wereldbeeld. De leider gaat over zichzelf praten in de derde persoon, hij gaat zichzelf beschouwen als een god, door de hemel gezonden. Aangesteld door de natuur zelf.

‘Eeuwigheid’ binnen het Sovjetproject

Als dictators lang, eindeloos lang, aan de macht zijn gaan ze nadenken over het eeuwige leven. De Russische journalist Michail Zygar heeft goed beschreven hoe Poetin en zijn machtsapparaat aan het probleem van een lange levensduur werken. Maar hij schrijft niet wat het begrip ‘eeuwigheid’ betekende binnen het Sovjetproject. Poetin is geboren in 1952, hij is het product van de Sovjetmacht en daarbij van zijn meest meedogenloze fase, het late stalinisme (Xi Jinping is geboren in 1953, in het tijdperk van Mao). Juist de eerste jaren van het leven leggen volgens psychologen de basis voor gedragspatronen.

Eeuwigheid was een belangrijk woord in de sovjetmythologie. De Sovjetmacht beschouwde zich als de hoogste, dat wil zeggen, eeuwige vorm van menselijk bestaan. Een komisch voorval uit het Sovjetverleden: in Moskou was men in 1930 van plan een gigantisch Paleis van de Sovjets te bouwen. Bekroond met een honderd meter hoog standbeeld van Lenin, moest het gebouw volgens de plannen tot een hoogte van 415 meter reiken. Toen de architecten van het complex de technische opdracht kregen, stond erbij geschreven dat het monument er voor eeuwig moest staan. De architecten (met name Boris Iofan) protesteerden: ‘In de architectuur werken we niet met het begrip ‘eeuwigheid’, we kunnen bijvoorbeeld wel garanderen dat hij honderd of tweehonderd jaar blijft staan’. Het politbureau antwoordde: ‘Jullie hebben het niet goed begrepen, het monument moet er voor eeuwig staan’. Uiteindelijk kwam het grandioze monument er helemaal niet, er bleef een enorme bouwput achter die in de jaren zestig tot zwembad ‘Moskva’ werd getransformeerd.

Eeuwigheid was een belangrijk woord in de sovjetmythologie

Deze discussie over eeuwigheid is bijzonder typerend voor de vroege Sovjetmacht. Destijds waren velen ervan overtuigd dat de dood zelve binnenkort overwonnen zou worden. De Sovjetideologie had er een gewoonte van gemaakt om over haar eeuwige bestaan te spreken, en dat Lenin ‘eeuwig levend’ was. Die aanspraak op de eeuwigheid was een kenmerkend onderdeel van de sovjetopvoeding.

Aan de andere kant – het is een paradox – leerde het Sovjetgezag de mens niet om te leven, maar om te sterven. In de Sovjetideologie is sterven in naam van de staat, in naam van een idee een leidmotief. Dit paradoxale bestaan tussen dood en eeuwigheid vormt een van de mysteries van het Sovjet-gedachtengoed.

Het Poetinregime, opvolger van het Sovjetimperium, heeft dit inherente dualisme tussen eeuwigheid en dood geërfd. Het dualisme leidt tot een oxymoron: het eeuwig stervende leven, stervend leven, eeuwig sterven. Ook oorlog is een manier om de zin van het sterven te vinden, niet de zin van het leven.

In de Sovjetideologie is sterven in naam van de staat een leidmotief

Tussen de raison d’être van een staat en het leven van zijn leider wordt de scheidslijn vrijwel onzichtbaar. In vijfentwintig jaar machtsuitoefening verandert een tsaar of dictator een land in een exacte kopie van zijn eigen fobieën, psychosen en nachtmerries. Het land wordt later ook vernoemd naar zijn heerser: Het Rusland van Nikolaas I, Stalins Rusland. Poetins Rusland. De leider gaat er ook zelf in geloven dat het land zonder hem niet overleeft. Daarom moet hij eeuwig leven, om het te conserveren. In zekere zin heeft de dictator gelijk: zodra hij overlijdt, komt er een eind aan het land zoals het was. Stalin was nog maar een paar maanden dood of in de USSR begon een nieuw, minder ijzingwekkend leven. Zo zal het ook met het Poetinregime gaan. Uiteraard, als we dan allemaal nog leven.

Help ons om RAAM voort te zetten

Met uw giften kunnen wij auteurs betalen, onderzoek doen en kennisplatform RAAM verder uitbouwen tot hét centrum van expertise in Nederland over Rusland, Oekraïne en Belarus.

Publish the Menu module to "offcanvas" position. Here you can publish other modules as well.
Learn More.