Estland in de ban van de Russische luchtruimschending

De Russische schending van het Estse luchtruim heeft de onrust in het land verder aangewakkerd. Nu de grens tussen ‘hybride’ en conventionele oorlogsvoering vervaagt, groeit in de Baltische staten de twijfel over de stevigheid van de Artikel 5-garantie. Jeroen Bult ziet hoe in Estland de zorgen toenemen.


Archiefbeeld van een Russische MiG-31 straaljager boven Moskou, tijdens de Dag van de Overwinning in 2022. Drie van deze toestellen schonden op 19 september het Estse luchtruim. Foto: ANP/ EPA / MAXIM SHIPENKOV

Het piepkleine en onbewoonde eiland Vaindloo in de Finse Golf is het noordelijkste puntje van Estland. Op 19 september werd Vaindloo opeens wereldnieuws: drie Russische MiG-31-straaljagers scheerden langs het eiland en schonden daarmee het Estse luchtruim. Daar bleven ze meer dan twaalf minuten ‘hangen’, met uitgeschakelde transponders en zonder radiocontact en bekend vluchtplan. Een record. Finse en Italiaanse gevechtsvliegtuigen kregen de taak om de indringers te onderscheppen en te voorkomen dat ze naar de hoofdstad Tallinn vlogen. De Italianen zouden de MiGs uiteindelijk richting de Russische exclave Kaliningrad escorteren.  

Na het afhandelen van de routinematige vervolgprocedures – het ontbieden van de Russische zaakgelastigde en het, op basis van Artikel 4 van het NAVO-Verdrag, bijeenroepen van een spoedvergadering van het bondgenootschap – volgde de bezinning. Is Rusland, na het incident met de negentien drones boven Polen een week eerder, weer een forse stap verder gegaan? Is de Russische dreiging toegenomen, nu de grens tussen ‘hybride’ en conventionele oorlogsvoering steeds meer begint te vervagen? Probeert Poetin af te tasten wat de respons op zijn provocaties is, in de wetenschap dat de NAVO worstelt met de neo-isolationistische koers van de Verenigde Staten? En dat met name de Baltische landen zeer beducht zijn voor een slappe reactie uit Washington? Heel Europa stelt zich deze vragen, en ook binnen Estland zorgt het incident voor veel politieke discussie.


Een kaart van het vluchtpad van de drie Russische straaljagers door het Estse luchtruim, gedeeld door het Estse ministerie van Defensie. Bron: @MoD_Estonia / X

Ruslands beweegredenen

Het Russische ministerie van Defensie ontkende dat er sprake was van een schending van het Estse luchtruim. De drie MiGs zouden zich drie kilometer ten noorden van Vaindloo hebben opgehouden en zouden ‘in lijn met de internationale regelgeving’ hebben gehandeld. Niemand in Estland en de bredere Oostzee-regio nam deze verklaring serieus. Niet alleen vanwege de drone-gerelateerde ontwikkelingen in Polen (en, in juli, in Litouwen), maar ook vanwege het feit dat het reeds de vierde keer in vijf maanden tijd was dat Russische toestellen, met inbegrip van een legerhelikopter, het Estse luchtruim waren binnengedrongen. In juli had zich bij Vaindloo bovendien - voor de eerste keer ooit - een schip van Ruslands grenswacht in de Estse territoriale wateren opgehouden.

De meeste deskundigen waren het (snel) eens over Ruslands beweegredenen. Kirsti Raik, directeur van het International Centre for Defence and Security in Tallinn, noemde twee drijfveren. Ten eerste staat Rusland onder druk in Oekraïne: het boekt slechts bescheiden vooruitgang ten koste van enorme verliezen, terwijl de economie zwaar te lijden heeft. Rusland wil daarom ‘de dynamiek veranderen’ door ‘in sommige Westerse landen een klimaat van angst en van weerzin tegen verdere steun aan Oekraïne te creëren’. 

‘Rusland escaleert, wij doen niets. Rusland escaleert verder, wij doen niets. Rusland escaleert nóg meer, wij doen niets…’

Ten tweede beoogt Rusland verdeeldheid te zaaien binnen de NAVO. ‘Elke keer als het aanvoelt dat de NAVO niet hard genoeg reageert, zal het [een stap] verder gaan met escaleren. Het is een soort poging de grijze zone uit te breiden, van wat [Rusland] kan doen zonder de drempel van Artikel 5 te overschrijden, om zo op de langere termijn het beeld te scheppen dat de NAVO geen geloofwaardige alliantie is’, zette Raik uiteen. De Litouwse oud-minister van Buitenlandse Zaken Gabrielius Landsbergis kwam tot een vergelijkbare slotsom: ‘Rusland escaleert, wij doen niets. Rusland escaleert verder, wij doen niets. Rusland escaleert nóg meer, wij doen niets... Jongens, ik begin hier een patroon te zien.’  

Neerhalen of niet?

De vraag of de NAVO, of Estland zelf, de volgende keer ook een grens zou moeten trekken door ‘gewoon’ een Russische straaljager neer te halen, bleek - afgaande op het debat in de Estse media - voor de experts lastiger te beantwoorden. Een vaak gemaakte vergelijking is die met het neerhalen van een Russische Sukhoi Su-24 door Turkije, in november 2015. De krant Postimees herinnerde er echter aan dat dit plaatsvond in een geheel andere context - die van de Syrische burgeroorlog. Turkije kon het zich bovendien permitteren deze beslissing te nemen: ‘Het beschikt over de [juiste] wapens. Wij niet. En die situatie zal pas volgend jaar veranderen, als de in Duitsland bestelde IRIS-T-luchtverdedigingsraketten arriveren. Tot dat moment hebben we geen andere keuze dan te vertrouwen op onze bondgenoten’, schreef Estlands oudste dagblad in een commentaar.

Meelis Oidsalu, analist van dezelfde krant en oud-topambtenaar van het Estse ministerie van Defensie, vond dat de NAVO en Estland het aanwenden van geweld op zich niet zouden moeten schuwen, maar dat dat slechts onder twee, werkelijk urgente, omstandigheden zou mogen gebeuren: om een directe dreiging af te weren, of ter afschrikking. ‘Van een onmiddellijke dreiging was ditmaal geen sprake, en gewelddadige afschrikking moet proportioneel zijn. Het recente incident was [echter] minder ernstig dan dat in Turkije indertijd en zelfs [minder] dan de invasie van drones in Polen’, betoogde Oidsalu.

Historicus
Jeroen Bult is historicus, gespecialiseerd in Estland, Letland en Litouwen. Hij werkt afwisselend in Tallinn en Vilnius.

Aanzienlijk terughoudender is Toomas Hendrik Ilves, de oud-president van Estland, met wie RAAM sprak. ‘Het neerschieten van een gevechtsvliegtuig door de NAVO is misschien wel precies wat het Kremlin wil. Je kunt veel beter op een andere manier reageren, door Rusland daar te pakken, waar het zich in een nadelige positie bevindt en waar het een prijs moet betalen. Ik zou bijvoorbeeld alle toeristenvisa voor Europa schrappen, iets wat Finland, de Baltische landen en Polen al lang hebben gedaan. Frankrijk, Duitsland en Italië zouden nu hetzelfde moeten doen’, laat het oud-staatshoofd desgevraagd aan RAAM weten.

Volgens Ilves zou de Baltic Air Policing Mission van de NAVO snel moeten worden opgeschaald tot een volwaardige Air Defense Mission. ‘Toen de Baltische landen tot de NAVO toetraden, kregen we te horen: "besteed geen geld aan gevechtstoestellen, wij zullen op jullie luchtruim passen". Dat was in 2004. Misschien moeten we die discussie maar eens openbreken’. Ilves heeft intussen op bijval van generaal-majoor Merilo mogen rekenen. De bevelhebber van de Estse strijdkrachten zette de suggestie om bij een volgende schending een Russisch gevechtsvliegtuig neer te schieten weg als ‘een strategische vergissing’.

Is de Russische dreiging toegenomen? 

De luchtruimschending past in het rijtje van zogeheten ‘hybride’ (of ‘asymmetrische’) activiteiten die Rusland al jarenlang ontplooit tegen de Baltische landen en Polen. Deze hebben sinds het begin van de oorlog in Oekraïne in 2022 enkel aan intensiteit gewonnen. Het betreft een grillige cocktail van acties die zijn gericht op het destabiliseren van de samenleving en het inboezemen van angst. Hierbij probeert Rusland net onder de Artikel 5-grens te blijven. 'Hybride' praktijken kunnen variëren van simpele vormen van vandalisme en criminele vergrijpen – zo bekenden twee Moldavische verdachten onlangs in de rechtbank dat zij in januari het Oekraïense restaurant Slava Ukraina, in de hippe Tallinnse wijk Kalamaja, in brand hadden gestoken, in opdracht van de Russische inlichtingendienst GROe – tot desinformatiecampagnes en cyberaanvallen. Schendingen van het luchtruim en de territoriale wateren gaan al meer richting een meer traditionele, conventionele militaire modus operandi. Dit geldt ook voor de plannen van het Kremlin om het aantal militairen in het (in februari 2024 heropgerichte) noordwestelijke Militaire District Leningrad, dat grenst aan Estland en Letland, op te krikken, van 30.000 tot 80.000.

Heeft dit intimiderende amalgaam van stapsgewijs opgevoerde ‘hybride’ offensieven en (voorgenomen) conventioneel machtsvertoon geleid tot een meer acute dreiging? Kaupo Rosin, de directeur van de Estse buitenlandse inlichtingendienst, zei in een achtergrondartikel in het weekblad Eesti Ekspress dat het het doel van Ruslands ‘hybride oorlog’ is om ‘ons, van binnenuit, dusdanig te ondermijnen dat we vanzelf, als een appel, in zijn schoot zullen rollen. Hij liet tevens doorschemeren dat Rusland daar vooralsnog niet erg succesvol in is geweest; zo getuige ook de arrestatie van de twee Moldaviërs.

‘Het doel van Ruslands ‘hybride oorlog’ is om ‘ons, van binnenuit, dusdanig te ondermijnen dat we vanzelf, als een appel, in zijn schoot zullen rollen’

Minder eenvoudig is het om grip te krijgen op het conventionele aspect van de Russische hybride dreiging. Het beeld is namelijk vrij ambigu, geven ook Estse deskundigen toe. Een van de belangrijkste Russische legerbases nabij de grens met Estland is die in Pskov. De basis, die in augustus 2023 nog werd aangevallen door Oekraïense drones, vormt het thuis van de 76ste Luchtlandingsdivisie. Leden van die divisie zijn naar Oekraïne (en Belarus) gestuurd en hebben daar ook het leven gelaten. Generaal-majoor Merilo zei in mei in het tv-programma Esimene stuudio dat ‘het momenteel kalm is langs de grens’ en dat er geen verhoogde troepenconcentraties worden waargenomen. Maar hij waarschuwde wel dat daar verandering in zal komen zodra de oorlog in Oekraïne is afgelopen. Rusland zal dan zo snel mogelijk zijn manschappen en materieel willen verplaatsen naar het Militaire District Leningrad, om de voorgenomen uitbreidingsplannen aldaar kracht bij te zetten. 

Een mogelijk voorproefje van hun komst was het ineens opduiken van zeven in camouflagekleding gewapende Russen aan de Estse grens op 10 oktober. De mannen stonden midden op een weg die twee Estse dorpen met elkaar verbindt, maar daarbij kort over Russisch grondgebied loopt. Een Estse columnist maakte een (ietwat overdreven) vergelijking met de ‘groene mannetjes’ die in 2014 ten tonele verschenen op de Krim. Toch sloot de PPA uit voorzorg de weg af. Of ging het hier tóch om een ‘hybride’ plaagstoot?


Een korrelig screenshot van zeven gewapende Russen, vermoedelijk Russische militairen, nabij de grens met Estland op 10 oktober. Bron: foto afkomstig van beelden gedeeld door de Estse PPA, via EER

De Trump-factor

De Esten (en Letten en Litouwers) willen de NAVO-aanwezigheid op hun grondgebied graag uitbouwen, teneinde het door Merilo geschetste toekomstscenario het hoofd te kunnen bieden. Wat de Baltische landen betreft blijft een sleutelrol weggelegd voor de Verenigde Staten. Maar kunnen zij werkelijk vertrouwen op de wispelturige president Trump en diens buitenland- en defensieteam dat leunt op het principe van 'America First'?

Een somber getinte column van de hand van Gideon Rachman in de Financial Times over dit gevoelige thema wist ook in Estland zijn weg naar de (sociale) media te vinden. Rachman tekende daarin op dat er binnen de regering-Trump onvrede leeft over de '"estlandisering" van Europa’s buitenlands beleid’, een creatieve verwijzing naar de harde lijn ten aanzien van Moskou die EU-buitenlandcoördinator Kaja Kallas voorstaat, en die zij reeds als premier van Estland (2021-2024) uitdroeg. Sterker nog, personen in Trumps entourage zouden de Balten als ronduit agressief beschouwen, als het gaat om hun benadering van Poetin-Rusland. ‘Gedurende een recente ontmoeting op hoog niveau op het Amerikaanse ministerie van Defensie werd Baltische functionarissen verweten dat zij zich “ideologisch” zouden opstellen ten aanzien van Rusland. Het wantrouwen tussen de Balten en de Verenigde Staten is wederzijds’, rapporteerde Rachman.

Personen in Trumps entourage zouden de Balten als ronduit agressief beschouwen

Interessant is dat de auteurs van de eerder aangehaalde Eesti Ekspress-analyse, waarschijnlijk verwijzend naar dezelfde ontmoeting, tot een heel andere conclusie kwamen. De Estse delegatie betrad het Pentagon niet met bijster groot zelfvertrouwen en was beducht voor slecht nieuws: namelijk een terugtrekking van een deel van de Amerikaanse militairen uit Oost-Europa - een besluit waarover al maanden geruchten zijn. ‘Maar niets van dat alles gebeurde. Integendeel, minister Hegseth zegde toe dat een plotselinge, onverwachte terugtrekking niet aan de orde is. Expliciete beloftes deed Hegseth ook niet, maar de toonzetting is nu [een stuk] positiever’, aldus Kristjan Prikk, de Estse ambassadeur in Washington. Prikk ving ook op dat Hegseth zijn standpunten goed afstemt met Amerikaanse generaal Alexus Grynkewich, de opperbevelhebber (SACEUR) van de NAVO. De ambassadeur ontving Grynkewich dit voorjaar voor een diner, waarbij ook de Estse generaal-majoor Merilo aanwezig was. Het gezelschap sprak uitgebreid over (Europese) veiligheidsvraagstukken en de nieuwe SACEUR zou onder de indruk zijn geweest van Merilo’s kennis van zaken.

Toomas Hendrik Ilves, een voormalig Amerikaans staatsburger en criticaster van Trumps zwabberende Oekraïne-beleid, toonde zich ook gematigd-optimistisch. ‘Laten we president Trump op zijn woord geloven. We zien wel wat er gebeurt. Hij heeft zijn standpunt op een aantal punten immers al bijgesteld’. Estland zal blijven proberen om de Amerikanen bij les te houden, zeker nu de president 'teleurgesteld' is in Poetins onwil om de zich voortslepende oorlog in Oekraïne te beëindigen. Dat doet het land in nauw overleg met bondgenoten als Polen en Finland, die ‘het oor’ van Trump hebben. Toen een groep Republikeinse senatoren, onder wie Majority Leader John Thune, eind augustus Tallinn aandeed en met Estse president Alar Karis sprak, werd dat door lokale media ook positief geduid. De Amerikaanse senaat stemde op 9 oktober ook nog eens in met een steunpakket ter waarde van 350 miljoen dollar voor Estland, Letland en Litouwen, bedoeld voor aanvullende militaire ondersteuning.

Binnenlandse stabiliteit

Het stemde Estland tevreden dat de NAVO op 23 september, na het ‘Artikel 4’-overleg, in een verklaring benadrukte dat zij ‘alle noodzakelijke militaire en niet-militaire middelen zal inzetten’ om zichzelf te verdedigen en dat haar ‘toewijding aan Artikel 5 rotsvast is’. In Europa zal er intensiever worden gesproken over het verhogen van de weerbaarheid tegen de ‘hybride’ en conventionele dreiging uit het oosten, zeker nu de hybride dreiging ook Denemarken, Noorwegen en Duitsland lijkt te hebben bereikt.

Maar voor een robuuste verdediging is ook binnenlandse stabiliteit van groot belang – en die zou de komende tijd in Estland weleens onder druk kunnen komen te staan. De zittende, bijzonder impopulaire regering-Michal, bestaande uit de rechtsliberale Hervormingspartij en het progressief-liberale Eesti 200, zal later deze maand tijdens de gemeenteraadsverkiezingen naar verwachting genadeloos worden afgestraft en de stabiliteit van de coailitie in gevaar brengen. Een periode van politieke chaos dreigt. Voorts is het de vraag of de Russische minderheid, die zich al sinds 2022 geconfronteerd ziet met allerlei stringente maatregelen en die zich ronduit ongehoord voelt, zich lijdzaam-passief zal blijven opstellen.

Estland zal zeker geen appel worden die in de schoot van Poetin rolt, maar de Russische leider heeft een fijne neus voor onbestendigheid in buurlanden.

Help ons om RAAM voort te zetten

Met uw giften kunnen wij auteurs betalen, onderzoek doen en kennisplatform RAAM verder uitbouwen tot hét centrum van expertise in Nederland over Rusland, Oekraïne en Belarus.

Publish the Menu module to "offcanvas" position. Here you can publish other modules as well.
Learn More.