Rehabilitatie van duizenden Sovjetburgers ongedaan gemaakt

Rusland heeft de rehabilitatie van ten minste vierduizend Sovjetburgers ongedaan gemaakt. Het gaat om mensen die tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn veroordeeld voor verraad of collaboratie. De grootschalige de-rehabilitatie onderstreept dat de herinnering van stalinistische terreur in Poetins Rusland in toenemende mate onder druk staat. Eerder dit jaar veranderden de Russische autoriteiten het beleid ten aanzien van de slachtoffers van politieke repressie in de Sovjettijd, zo wordt die repressie niet langer als 'massaal' omschreven.

Metalen gedenktekens van Posledni Adres (Laatste Adres) markeren een voormalig huis van slachtoffers van Stalins repressie. Twee zijn er verwijderd. Moskou, 11 oktober 2023. Foto: Natalia Kolesnikova / AFP / ANP

De Russische aanklager heeft de afgelopen twee jaar zo’n veertienduizend rehabilitaties opnieuw onder de loep genomen, waarbij de rehabilitatie in vierduizend gevallen is geschrapt. Het betreft Sovjetburgers die gedurende de Tweede Wereldoorlog zijn geëxecuteerd als verraders of collaborateurs.

Volgens de aanklager zijn de rehabilitaties geannuleerd na ‘nauwkeurige bestudering van de archiefstukken van strafzaken’. Dat zegt een woordvoerder tegen de Russische zakenkrant Kommersant. Uit onderzoek zou zijn gebleken dat in de jaren na het uiteenvallen van de Sovjet-Unie duizenden ‘verraders van het Moederland’ en ‘handlangers van nazi-Duitsland’ onterecht zijn gerehabiliteerd.

Zij zouden zich onder andere vrijwillig hebben aangesloten bij de Wehrmacht en de SS, gediend hebben in buitenlandse eenheden van het Duitse leger, of lid zijn geweest van nationalistische organisaties die collaboreerde met het nazi-bestuur in bezette gebieden.

'Vijandige' achternamen

Eerder deze maand kondigde de Russische aanklager een groot onderzoek aan naar de ‘rehabilitatie en vrijspraak van personen die schuldig zijn aan ernstige misdaden, oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid’. De oorspronkelijke wet op rehabilitatie uit 1991 schrijft echter al voor dat personen die in deze categorieën vallen niet gerehabiliteerd kunnen worden.

Door de dossiers toch opnieuw te bestuderen komt de aanklager tegemoet aan het nieuwe beleid ten aanzien van de slachtoffers van politieke repressie in de Sovjettijd. Na aanpassingen van eerder dit jaar wordt er bijvoorbeeld niet langer gesproken van ‘massale politieke en religieuze repressie’. Ook zijn tal van specifieke voorbeelden van stalinistische repressie uit het beleidsstuk geschrapt, waaronder mensen die omkwamen in de Goelag of tijdens door Moskou georkestreerde hongersnoden in de jaren 30.

Toegevoegd is een passage die stelt dat de amnestiewet van 1955 ‘heeft geleid tot de rehabilitatie van nazi-collaborateurs en verraders die dienden in Baltische en Oekraïense eenheden’. Feitelijk verlegt het nieuwe beleidsstuk daarmee de aandacht van de politieke terreur door de Sovjet-autoriteiten naar de misdaden van vermeende nazi’s en andere verraders.

'De campagne om de slachtoffers van Sovjetrepressie hun rehabilitatie te ontnemen is officieel begonnen. Het is walgelijk en afschuwelijk', zegt Grigori Vajpan van mensenrechtenorganisatie Memorial tegen de onafhankelijke nieuwssite Mediazona. De Russische overheid 'herschrijft de geschiedenis om bij hun huidige politieke agenda te passen', aldus Vajpan. Hij vreest voor de de-rehabilitatie van grensgevallen, zoals mensen die onder dwang collaboreerden met de bezetter, maar zelf geen misdaden pleegden. 

Oppositiepoliticus Boris Visjnjevski verwacht dat de herziening vooral zal leiden tot het ongedaan maken van de rehabilitatie van ‘mensen met Oekraïense, Baltische en andere "vijandige" achternamen’. 

Aandacht afleiden

De herdenking van de slachtoffers van politieke repressie in de Sovjet-Unie staat in Rusland al langer onder druk. In 2021 hief de Russische Hoge Raad de organisatie Memorial op, die de stalinistische terreur decennialang in kaart bracht. Zeker sinds de Russische invasie van Oekraïne probeert de Russische overheid de aandacht af te leiden van de donkere kanten van het Sovjetverleden. Zo besteden de nieuwste geschiedenisboeken van Russische scholieren nauwelijks nog aandacht aan Stalins terreur, en verzwijgen ze de rol van de Sovjet-autoriteiten bij het uitbreken van de hongersnood in onder meer Oekraïne in de jaren 30. Tientallen landen, waaronder de Nederlandse Tweede Kamer, beschouwen deze hongersnood als genocide.

Ook monumenten in de openbare ruimte lopen gevaar. Deze zomer verdwenen gedenktekens van Polen en Oekraïners die in de jaren 30 zijn geëxecuteerd door de Sovjet-Unie van een begraafplaats in de Russische deelrepubliek Karelië.

Het vandalisme vond plaats op de begraafplaats Krasny Bor, waar zich een massagraf bevindt met mensen die in 1937 en 1938 zijn omgebracht door de NKVD. Het massagraf werd in 1997 gevonden door omwonenden, waarna historicus Joeri Dmitriëv uitgebreid onderzoek deed naar de anonieme doden in het graf. Hij wist een deel van hen een naam te geven, wat nabestaanden in staat stelde om foto’s en andere gedenktekens aan te brengen op bomen rond het massagraf. Onbekende vandalen hebben begin augustus een deel van die bordjes weggehaald.

Zelf werd Dmitriëv het slachtoffer van een jarenlange heksenjacht door de Russische autoriteiten, die is vastgelegd in de documentaire The Dmitriev Affair van de Nederlandse documentairemaakster Jessica Gorter. Dmitriëv werd in 2021, op 67-jarige leeftijd, veroordeeld tot 15 jaar strafkamp.

Daarnaast zijn op verschillende plaatsen in Rusland bordjes weggehaald van Posledni Adres (Laatste Adres), een organisatie die metalen gedenktekens plaatst bij de huizen van slachtoffers van politieke repressie. De bordjes zijn vergelijkbaar met Stolpersteine, en vermelden de naam en geboorte-, arrestatie- en sterfdata van slachtoffers van politieke repressie. De gedenktekens van Posledni Adres waren altijd al het doelwit van vandalen, maar sinds de Russische invasie van Oekraïne is het aantal incidenten toegenomen, zei initiatiefnemer Sergej Parchomenko vorig jaar tegen Deutsche Welle.